Examples of using "Melkein" in a sentence and their dutch translations:
Bijna.
Ik huilde bijna.
Ik was bijna verdronken.
Ik liet de borden bijna vallen.
Ik ben bijna klaar.
Het is bijna kerst.
Tom viel bijna flauw.
Mary viel bijna flauw.
- Sluit het!
- Sluit het af!
- Bijna!
- Niet ver!
Ik ben er bijna zeker van.
Het is bijna donker.
- Het is bijna zes uur.
- Het loopt tegen zessen.
Het avondeten is bijna klaar.
Ik begreep het bijna helemaal!
Ik had bijna mijn paraplu in de trein laten liggen.
Je hebt me bijna geraakt.
Bijna iedereen kwam op tijd.
- Het is bijna drie uur.
- Het is bijna drie.
Het restaurant was bijna leeg.
Bijna altijd.
- Ik ben bijna een ander persoon.
- Ik ben haast iemand anders.
Een auto reed bijna over mij.
Ik zwem bijna elke dag.
- Bijna.
- Sluiten.
De welpen zijn bijna volgroeid...
Hij is bijna altijd thuis.
Tom had mij bijna overtuigd.
Hij was bijna door een auto aangereden.
Ik werd bijna overreden door een auto.
Ik zie het einde. We zijn er bijna.
Dus geef niet op, we zijn er bijna.
Ik ben bijna bang om met je te praten.
Ik ben bijna klaar.
Bijna drie.
Tom is inderdaad bijna dertig.
Ik voel de pijn nauwelijks meer.
Tom draagt bijna altijd een hoed.
Tom heeft bijna niets in zijn portemonnee.
Het is bijna een vrije val... ...volledig bekend, volledig thuis in zijn omgeving.
Nadat hij meer dan 30 jaar met deze eeuwenoude dieren werkte...
Ik heb nu nauwelijks geld.
We hebben onze missie bijna volbracht. Dus geef nu niet op.
- Het is bijna drie uur.
- Het is bijna drie.
Ik werd bijna door een auto overreden.
Ik heb hem elke maand een keer geschreven gedurende bijna twintig jaar.
Maar even serieus, om aflevering 21 moest ik zowat huilen van het lachen.
De nacht was zo donker, bijna zo donker als zijn hart.
Hij was bijna een jaar nuchter geweest, maar zwichtte voor de verleiding rond Nieuwjaar.