Examples of using "Koiraa" in a sentence and their dutch translations:
Heeft hij een hond?
- Pas op de hond!
- Opgepast voor de hond!
Ik heb drie honden.
Ik heb geen hond.
Wie zorgde voor de hond terwijl je weg was?
- Heb je een hond?
- Hebben jullie een hond?
- Hebt u een hond?
- Tom heeft nog drie honden.
- Tom heeft drie andere honden.
Heeft hij een hond?
Een hond achtervolgt een kat, en de kat achtervolgt een muis.
Ze is even slim als een kat of hond... ...of zelfs als een van de lagere primaten.
Maria heeft niet één hond, ze heeft er vijf!
Ik heb twee honden. De ene is wit, de andere zwart.