Translation of "Zoo" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Zoo" in a sentence and their dutch translations:

For the brave, every zoo is a petting zoo.

Voor iemand die dapper is, is elke dierentuin een kinderboerderij.

- I work at the zoo.
- I work at a zoo.

Ik werk in de zoo.

He visits the zoo.

- Hij gaat naar de dierentuin.
- Hij bezoekt de dierentuin.

They went to the zoo.

Ze gingen naar de dierentuin.

I went to the zoo.

Ik ging naar de dierentuin.

How old is this zoo?

Hoe oud is deze dierentuin?

I work at the zoo.

- Ik werk in de zoo.
- Ik werk in de dierentuin.

We went to the zoo.

We zijn naar de dierentuin geweest.

This zoo owns two okapis.

De dierentuin heeft twee okapi's.

- I saw a hippo at the zoo.
- I saw a hippopotamus at the zoo.

- Ik zag een nijlpaard in de zoo.
- Ik zag een nijlpaard in de dierentuin.
- Ik heb in de dierentuin een nijlpaard gezien.
- Ik heb een nijlpaard gezien in de dierentuin.

I went to the zoo yesterday.

- Ik ging gisteren naar de dierentuin.
- Ik ben gisteren naar de dierentuin gegaan.

Is there a zoo in Boston?

Is er een dierentuin in Boston?

I didn't go to the zoo.

Ik ging niet naar de zoo.

I like going to the zoo.

Ik ga graag naar de dierentuin.

A tiger has escaped from the zoo.

Er is een tijger ontsnapt uit de dierentuin.

I'd like to go to the zoo.

- Ik zou graag naar de dierentuin willen gaan.
- Ik zou graag naar de zoo willen gaan.

The little boy is at the zoo.

Het jongetje is in de dierentuin.

We saw the monkey at the zoo.

We hebben de aap gezien in de dierentuin.

The zoo was closed on Christmas day.

De dierentuin was op Eerste Kerstdag gesloten.

I saw a hippopotamus at the zoo.

- Ik zag een nijlpaard in de zoo.
- Ik zag een nijlpaard in de dierentuin.
- Ik heb een nijlpaard gezien in de dierentuin.

There are two okapi in the zoo.

De dierentuin heeft twee okapi's.

Tom took his family to the zoo.

Tom nam zijn familie mee naar de dierentuin.

The zoo was closed on Christmas Day.

De dierentuin was op kerstdag gesloten.

How late does the zoo stay open?

Tot hoe laat blijft de dierentuin open?

Did you go to the zoo yesterday?

- Ben je gisteren naar de dierentuin geweest?
- Zijn jullie gisteren naar de dierentuin geweest?
- Bent u gisteren naar de dierentuin geweest?

Does this bus go to the zoo?

Gaat deze bus naar de dierentuin?

I went to the zoo with my sister.

Ik ging naar de dierentuin met mijn zuster.

Bill took his little brother to the zoo.

Bill nam zijn kleine broer mee naar de dierentuin.

My nephew watched the animals in the zoo.

Mijn neef keek naar de beesten in de dierentuin.

The world's largest zoo is in Berlin, Germany.

De grootste dierentuin van de wereld bevindt zich in Berlijn, Duitsland.

Zebras and giraffes are found at a zoo.

Zebra's en giraffes vind je in de dierentuin.

The boy has never been to the zoo.

De jongen is nog nooit in de dierentuin geweest.

I have seen an ostrich at the zoo.

Ik heb een struisvogel gezien in de dierentuin.

The zoo in Prague is not so big.

De dierentuin in Praag is niet zo groot.

A large animal has escaped from the zoo.

Er is een groot dier uit de zoo ontsnapt.

- I am taking my son to the zoo this afternoon.
- I'm taking my son to the zoo this afternoon.

Ik neem mijn zoon mee naar de dierentuin vanmiddag.

They even sold off the animals in the zoo.

ze verkochten zelfs de dieren in de dierentuin.

Do you like to see animals at the zoo?

Vind je het leuk om dieren te zien in de dierentuin?

I'm taking my son to the zoo this afternoon.

Ik neem mijn zoon mee naar de dierentuin vanmiddag.

The girl insisted on being taken to the zoo.

Het meisje drong aan om naar de zoo gebracht te worden.

Is there a bus that goes to the zoo?

Is er een bus die naar de dierentuin gaat?

What's the fastest way to get to the zoo?

Wat is de snelste weg naar de dierentuin?

Would you like to go to the zoo this afternoon?

Zoudt ge willen naar de zoo gaan deze namiddag?

I didn't want to spend all day at the zoo.

Ik wou niet de hele dag in de dierentuin doorbrengen.

We would rather go to the zoo than to the park.

We gaan liever naar de dierentuin dan naar het park.

Let's go to the zoo to watch them feed the seals.

Laten we naar de dierentuin gaan om te kijken hoe ze de zeehonden voeren.

The zoo is situated in the east end of the city.

De dierentuin bevindt zich in het oostelijke deel van de stad.

Yesterday I went to the zoo and saw a huge walrus.

- Gisteren ben ik naar de dierentuin gegaan. Ik zag er een enorme walrus.
- Gisteren ging ik naar de dierentuin en zag ik een heel grote walrus.

I was at the zoo with my children, and the phone was ringing constantly.

Ik was met mijn kinderen in de dierentuin en mijn telefoon bleef maar gaan.