Translation of "Ton" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Ton" in a sentence and their dutch translations:

I've got a ton of homework.

Ik heb een hele berg huiswerk.

But these thick-skinned, one-ton tanks...

Maar deze dikhuiden van een ton...

Seven-ton predators... show their delicate side.

Roofdieren van zeven ton tonen hun verfijnde kant.

My uncle has a ton of money.

Mijn oom bezit een berg geld.

I have a ton of things to do.

Ik heb een hoop dingen te doen.

I'm a vegetarian who eats a ton of meat.

Ik ben een vegetariƫr die veel vlees eet.

On cushioned feet, even a six-ton male can go unnoticed.

Zelfs een mannetje van zes ton kan zich zachtjes onopgemerkt verplaatsen.