Translation of "Swimming" in Dutch

0.012 sec.

Examples of using "Swimming" in a sentence and their dutch translations:

- Tom is swimming.
- Tom's swimming.

- Tom zwemt.
- Tom is aan het zwemmen.

No swimming.

Verboden te zwemmen!

He's swimming.

- Hij is aan het zwemmen.
- Hij zwemt.

- She is swimming.
- She swims.
- She's swimming.

Ze is aan het zwemmen.

- Tom is swimming.
- Tom's swimming.
- Tom swims.

Tom zwemt.

- They are swimming.
- They swim.
- They're swimming.

- Ze zwemmen.
- Zij zwemmen.

- You swim.
- You're swimming.
- You are swimming.

- U zwemt.
- U bent aan het zwemmen.
- Jullie zwemmen.
- Jullie zijn aan het zwemmen.

- He's swimming.
- She swims.
- He swims.
- She's swimming.

- Hij is aan het zwemmen.
- Hij zwemt.
- Ze is aan het zwemmen.

- I enjoyed swimming.
- I used to love swimming.

- Ik hield erg van zwemmen.
- Ik genoot ervan om te zwemmen.

- No swimming.
- No swimming allowed here!
- Bathing prohibited.

Zwemmen verboden!

Swimming is healthy.

Zwemmen is gezond.

Tom likes swimming.

Tom houdt van zwemmen.

They were swimming.

- Ze zwommen.
- Ze waren aan het zwemmen.

He's swimming now.

Hij zwemt nu.

I was swimming.

Ik zwom.

Let's go swimming.

Laten we gaan zwemmen.

I like swimming.

Ik hou van zwemmen.

Naoko is swimming.

- Naoko is nu aan het zwemmen.
- Naoko zwemt op dit moment.

I enjoyed swimming.

Ik hield erg van zwemmen.

We enjoyed swimming.

- We hebben genoten van het zwemmen.
- We genoten van het zwemmen.

Swimming is easy.

Zwemmen is gemakkelijk.

Swimming is refreshing.

Zwemmen is verfrissend.

She is swimming.

Ze is aan het zwemmen.

- I am interested in swimming.
- I'm interested in swimming.

Ik ben geïnteresseerd in zwemmen.

- I am poor at swimming.
- I'm bad at swimming.

- Ik zwem slecht.
- Ik ben een slechte zwemmer.

- Swimming is good for your health.
- Swimming is healthy.

- Zwemmen is gezond.
- Zwemmen is goed voor je gezondheid.

- Are you fond of swimming?
- Do you like swimming?

Hou je van zwemmen?

- Swimming makes your legs stronger.
- Swimming makes the legs stronger.

Zwemmen maakt je benen sterker.

Where are they swimming?

- Waar zwemmen ze?
- Waar zijn ze aan het zwemmen?

How about going swimming?

Wat denk je ervan om te gaan zwemmen?

Swimming develops our muscles.

Zwemmen ontwikkelt onze spieren.

- No swimming.
- Bathing prohibited.

Verboden te zwemmen!

Don't you like swimming?

- Houdt u niet van zwemmen?
- Houd je niet van zwemmen?
- Hou je niet van zwemmen?

Swimming is good exercise.

Zwemmen is een goede oefening.

Is the dog swimming?

Zwemt de hond?

Swimming strengthens the legs.

Van zwemmen krijg je sterke benen.

I'm bad at swimming.

Ik ben een slechte zwemmer.

Maybe Tom likes swimming.

Misschien zwemt Tom graag.

He's good at swimming.

Hij is goed in zwemmen.

I regret not swimming.

Ik heb er spijt van dat ik niet heb gezwommen.

Does Tom enjoy swimming?

Zwemt Tom graag?

Are you still swimming?

Ben je nog aan het zwemmen?

Swimming makes your legs strong.

Zwemmen versterkt de benen.

Tom is good at swimming.

Tom kan goed zwemmen.

I am interested in swimming.

Ik ben geïnteresseerd in zwemmen.

- Tom is swimming.
- Tom swims.

Tom zwemt.

He watched the boys swimming.

Hij keek toe terwijl de jongens zwommen.

- They were swimming.
- They swam.

- Ze zwommen.
- Ze waren aan het zwemmen.

- He swam.
- He was swimming.

Hij zwom.

You should take swimming lessons.

Je zou eens zwemles moeten nemen.

I want to go swimming.

Ik wil gaan zwemmen.

Like cheese swimming in butter.

Leven als God in Frankrijk.

- They are swimming.
- They swim.

- Ze zwemmen.
- Zij zwemmen.

The children were swimming naked.

De kinderen zwommen naakt.

I'm swimming in the ocean.

Ik zwem in de oceaan.

He is fond of swimming.

Hij houdt van het zwemmen.

I go swimming every day.

Ik zwem iedere dag.

She likes swimming in summer.

Ze zwemt graag in de zomer.

Are you good at swimming?

Ben je goed in zwemmen?

- Does Tom like swimming?
- Does Tom like to swim?
- Does Tom enjoy swimming?

- Houdt Tom van zwemmen?
- Zwemt Tom graag?

- I am going to the swimming pool.
- I'm going to the swimming pool.

Ik ga naar het zwembad.

You may go swimming or fishing.

Je mag gaan zwemmen of vissen.

I went swimming in the sea.

Ik ging in de zee zwemmen.