Examples of using "Shore" in a sentence and their dutch translations:
...en ver de kust op te gaan.
De boulevard loopt evenwijdig aan het strand.
We gingen wandelen langs de oever van het meer.
...en een bron van voedsel langs de kust.
Maar het hoge tij zorgt voor nog grotere gevaren.
De sterke muistroom sleepte Tom ver weg van de kust.
Het huis dat aan de oever van het meer staat is van mij.
Ik moet snel naar de oever. Dit avontuur is nog maar net begonnen.
Ik herinner me van mijn jeugd de kust, het intergetijdengebied en het kelpwoud.
Ik had het opgegeven en wilde teruggaan naar de kust. Iets deed me een beetje naar links gaan.
Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.
Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.