Examples of using "Millionaire" in a sentence and their dutch translations:
Ik zou willen miljonair zijn.
Wie wil er miljonair zijn?
Mary wil met een miljonair trouwen.
Ik zou willen miljonair zijn.
Ik zou willen miljonair zijn.
Je zou onze volgende miljonair kunnen zijn.
Hij leeft alsof hij een miljonair was.
Tom heeft er altijd van gedroomd om meervoudig miljonair te zijn.
Niemand beneed de oude man, die miljonair was.
Een CEO-miljonair kan onmogelijk spreken voor de man in de straat.