Examples of using "Acquainted" in a sentence and their dutch translations:
Ik ken hem goed.
Ik heb hem leren kennen in Frankrijk.
Ik heb haar in Frankrijk leren kennen.
Wij twee hebben elkaar leren kennen op een feest.
Ik heb haar twee weken geleden leren kennen.
Ik heb hem drie jaar geleden ontmoet.
Ik leerde mijn vrouw kennen op een feestje.
Hij kent de burgemeester.
Ik ken hem niet.
Ik ken hem goed.
Het was door een eerste korte zin, dat Tom kennismaakte met Mary.
- Ik heb hem drie jaar geleden leren kennen.
- Ik leerde hem drie jaar geleden kennen.
- Ik ontmoette hem drie jaar geleden voor het eerst.
Ik leerde hem drie jaar geleden kennen.
Hoe heb je haar leren kennen?