Examples of using "Party" in a sentence and their dutch translations:
Laten we feesten.
Laat het feest beginnen.
Tijd voor een feestje!
Waar is het feest?
Daar is het feestje.
Laten we gaan feesten.
Wij zijn feestbeesten.
Het feestje was gedaan om negen uur.
Wie gaat het feest geven?
Wat een interessant feestje!
Hoe was Toms feestje?
Toms feestje was saai.
Laat het feest beginnen.
- Maria houdt van feesten.
- Maria viert graag.
Het feest is morgen.
Was het feest leuk?
Ik ben uitgenodigd voor dit feest.
Ik ga niet naar het feest.
Het feestje was echt leuk.
Ze was uitgenodigd voor een feestje.
- Het feest was een groot succes.
- Het feest was een compleet succes.
- Het feest was een gigantisch succes.
Dat was nogal eens een feest hé?
Het leven is een groot feest.
Tom was niet op het feestje.
- Het feest eindigde om negen uur.
- Het feestje was gedaan om negen uur.
Het feest is nog maar net begonnen.
Het feestje was gedaan om negen uur.
Het feest zal morgen plaatsvinden.
Het feest was heel saai.
Jim komt ook naar het feest.
Tom komt ook naar het feest.
Zal ik naar het feest gaan?
De manier waarop Tom zich gedroeg op het feest was onaanvaardbaar.
Anne zal niet op ons feest komen.
Ze vielen de communistische partij aan...
Spring erin; het water is heerlijk.
Hoe was het feest?
Ik heb hen uitgenodigd voor het feest.
Het was slechts een informeel feestje.
Het feest eindigde om tien uur.
Het feest was allesbehalve aangenaam.
We hebben een feest volgende zaterdag.
Veel plezier op het feestje, John.
Ze was uitgenodigd voor een feestje.
Het feest was een gigantisch succes.
Ze hadden het naar hun zin op het feest.
Hebt ge genoten van het feest gisteren?
Ze hebben een feest morgen.
Het feest van Trang was als een dodenwake.
- Wie heeft je uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft u uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft jullie uitgenodigd voor het feest?
We hebben genoten op het feest.
- Het feest was een groot succes.
- Het feest was een gigantisch succes.
Ga je naar het feest?
Het kerstfeest op ons kantoor is morgen.
Ik heb na het feestje opgeruimd.
Ik heb het feestje te vroeg verlaten.
Het feest was een complete ramp.
Wat vind je van het feestje?
Ze was aanwezig op het feestje.
Bedankt dat je op mijn feestje bent gekomen.
Ik nodigde haar uit voor het feestje.
Ik nodigde Tom uit voor ons feest.
- Tom gaat naar een feestje.
- Tom gaat naar een feest.
Sami was op een verlovingsfeestje.
Zal ik naar het feest gaan?
- Ga je naar een feest?
- Ga je naar een feestje?
- Gaat u naar een feest?
- Gaan jullie naar een feest?
- Gaan jullie naar een feestje?
Tom nodigde ons uit voor zijn feestje.
Tom was aanwezig op het feest.
Het feest was een grote teleurstelling.
Ik ben uitgenodigd op hun huwelijksfeest.
We hadden een groot kerstfeest.
Wat dacht je van een barbecuefeestje aankomende zondag?
- Er was maar zes man op het feest.
- Er waren maar zes mensen op het feest.
Het feest van Trang was als een dodenwake.
Anne zal niet op ons feest komen.