Translation of "Hield" in Polish

- Ik hield van haar.
- Ik hield van hem.
- Ik hield van u.
- Hij hield van haar.
- Zij hield van hem.

Kochałem ją.

- Ik hield van haar.
- Ik hield van hem.

- Kochałem ją.
- Kochałam go.

Tenzing hield me hier.

Pozwolił mi u siebie zostać.

- Je hield van chocolade.
- U hield van chocolade.
- Jullie hielden van chocolade.

Uwielbiałeś czekoladę.

Ze hield haar adem in.

Wstrzymała oddech.

En daar hield het niet op.

Na tym nie koniec.

De baby hield op met huilen.

Dziecko przestało płakać

- Tom zweeg.
- Tom hield zijn mond.

Tom zamilkł.

Tom hield zijn adem in en wachtte.

Tom wstrzymał oddech i czekał.

Ik hield de adem in en wachtte.

Wstrzymał(e/a)m oddech i oczekiwał(e/am).

Tom dacht dat Mary van hem hield.

Tom myślał, że Mary go kochała.

Tom hield de eekhoorntjes in het oog.

Tom obserwował wiewiórki.

Ze hield zich stil en probeerde zich te verstoppen.

Nie ruszała się i próbowała się ukryć.

Lannes hield de Russen nog steeds tegen terwijl de duisternis viel.

Lannes wciąż powstrzymywał Rosjan gdy zapadła ciemność.

Ze hield zich met alle andere armen vast aan het hol.

Pozostałe ramiona trzymała przyczepione do legowiska, z przyssawkami w gotowości.

Ik wilde me niet bewegen, dus ik hield een steen vast.

Chciałem się nie ruszać, więc przytrzymałem się skały.

- De regen hield aan gedurende een week.
- Het regende een week lang.

Padało przez tydzień.

Ik hield me stevig aan het touw vast om niet te vallen.

Trzymałem się liny mocno żeby nie spaść.

- Mijn moeder was vroeger dol op tennis.
- Mijn moeder hield vroeger van tennis.

Moja mama pasjonowała się kiedyś tenisem.