Translation of "Toevallig" in German

- Er gebeurt niets toevallig.
- Niets gebeurt toevallig.

Nichts passiert zufällig.

Niets gebeurt toevallig.

- Nichts passiert zufällig.
- Nichts ereignet sich zufällig.

Dit is toevallig gebeurd.

- Das ist zufällig passiert.
- Es geschah zufällig.

Zoiets gebeurt niet toevallig.

So etwas passiert nicht aus Zufall.

Toevallig ben ik hem tegengekomen.

Ich habe ihn zufällig getroffen.

We kwamen elkaar toevallig tegen.

Wir haben uns total zufällig getroffen.

Ik vond dit restaurant toevallig.

Ich habe dieses Restaurant zufällig gefunden.

Ik trof hem puur toevallig.

Ich traf ihn rein zufällig.

Weet je toevallig waar ze woont?

- Wissen Sie zufällig, wo sie lebt?
- Weißt du zufälligerweise, wo sie wohnt?

De woordkeuze is natuurlijk niet toevallig.

Die Wortwahl ist natürlich nicht zufällig.

Ik kwam dat restaurant toevallig tegen.

Ich habe dieses Restaurant zufällig gefunden.

Kent gij toevallig een professor Braun?

Kennen Sie zufällig einen Professor Braun?

Kent ge toevallig niet zijn naam?

- Du kennst nicht zufällig seinen Namen?
- Kennst du nicht zufällig seinen Namen?

Toevallig zag hij een zeldzame vlinder.

Zufällig sah ich einen seltenen Schmetterling.

We stapten toevallig op dezelfde bus.

Wir sind zufällig in denselben Bus eingestiegen.

Ik heb toevallig het boek gevonden.

Ich habe dieses Buch zufällig gefunden.

Ik ben haar toevallig tegengekomen op straat.

Ich traf sie zufällig auf der Straße.

We ontmoetten elkaar toevallig bij het station.

Wir trafen uns zufällig am Bahnhof.

- Ik kwam dat restaurant toevallig tegen.
- Ik vond dit restaurant toevallig.
- Ik vond dit restaurant bij toeval.

Ich habe dieses Restaurant zufällig gefunden.

De proefpersonen voor het experiment waren toevallig uitgekozen.

Die Testpersonen für das Experiment wurden zufällig ausgewählt.

Toevallig kwam ik haar in de winkel tegen.

Ich traf sie zufällig im Laden.

We hebben elkaar toevallig ontmoet aan het station.

- Wir trafen uns zufällig am Bahnhof.
- Wir haben uns zufällig am Bahnhof getroffen.

We hebben hem toevallig in het park ontmoet.

Wir haben ihn zufällig im Park getroffen.

We hebben haar toevallig ontmoet in het park.

Wir trafen sie zufällig im Park.

Dus je hebt haar gisteren niet toevallig gezien?

Also hast du sie gestern nicht zufällig gesehen?

Je weet daar niet toevallig iets van, toch?

Du weißt nicht zufällig etwas darüber, oder?

Ik heb toevallig uw moeder gezien in de bibliotheek.

Ich habe deine Mutter zufällig in der Bücherei gesehen.

Ik heb ze gisteren toevallig in een restaurant ontmoet.

Ich habe sie gestern zufällig in einem Restaurant getroffen.

Kent gij toevallig een heer met de naam Braun?

Sie kennen nicht zufälligerweise einen Herrn namens Braun?

Niet lang daarna kwamen we elkaar weer toevallig tegen.

Nicht viel später begegneten wir uns zufällig wieder.

Je hebt toevallig geen lust om naar de bioscoop te gaan?

Hättest du nicht Lust aufs Kino?

Toen ik gister toevallig Tom tegenkwam, zag hij er nogal moe uit.

Als mir Tom gestern zufällig begegnete, sah er ziemlich müde aus.

Als Jason me toevallig belt, vertel hem dan dat ik er niet ben.

Wenn Jason mich je anrufen sollte, sag ihm, ich bin nicht da.

Tijdens een wandeling in het park kwam ze toevallig haar oude vriendin tegen.

Bei einem Spaziergang im Park begegnete sie zufällig ihrer alten Freundin.

Het thema van de verwarming van de aarde kwam toevallig ter sprake tijdens de conferentie.

Das Thema „Erderwärmung“ kam während der Konferenz zufällig zur Sprache.

De programmeertaal kiezen we vaak min of meer toevallig of uit gewoonte, maar dergelijke aanpak verdient geen aanbeveling.

- Die Programmiersprache wählen wir oft mehr oder weniger zufällig oder gewohnheitsgemäß aus, doch ein solches Vorgehen ist nicht zu empfehlen.
- Die Programmiersprache wählen wir oft mehr oder weniger zufällig oder der Gewohnheit entsprechend, ein solchartiges Herangehen ist jedoch nicht empfehlenswert.