Translation of "Gegaan" in English

- Hoe is het gegaan?
- Hoe is hij gegaan?
- Hoe is zij gegaan?

How did it come out?

Hoe is het gegaan?

- How did it come out?
- How was it?
- What was it like?
- What was the result?
- How did it go?
- What was the outcome?

Ik ben erheen gegaan.

I went there.

Wanneer ben je gegaan?

When did you leave?

Is Cathy ook gegaan?

Did Cathy go, too?

- Hij is naar huis gegaan.
- Hij is naar zijn huis gegaan.

He walked home.

Ze is naar Italië gegaan.

She has gone to Italy.

Hij is naar Zwitserland gegaan.

He has gone to Switzerland.

Ze is naar binnen gegaan.

She went inside.

Je bent te ver gegaan!

- You've gone too far!
- You went too far!

Ik ben naar Nagasaki gegaan.

I went to Nagasaki.

Neen, ik ben niet gegaan.

No, I didn't go.

Was ik maar niet gegaan.

If only I had not left.

Ik ben aan boord gegaan.

I went aboard.

Ze is naar Amerika gegaan.

- She has gone to America.
- She has gone to the United States.

Ben je naar Boston gegaan?

Did you go to Boston?

Hoe is je examen gegaan?

- How did you do on your exam?
- How did your test go?
- How was your exam?

Ze is naar Parijs gegaan.

She has gone to Paris.

We zijn uit elkaar gegaan.

We broke up.

Er is iets fout gegaan.

Something went wrong.

Wij zijn naar London gegaan.

We went to London.

Het bedrijf is failliet gegaan.

The company went bankrupt.

Hoe is je sollicitatiegesprek gegaan?

How did your interview go?

Tom is naar Boston gegaan.

- Tom has gone to Boston.
- Tom went to Boston.
- Tom left for Boston.
- Tom has left for Boston.

Ik ben slechts daarheen gegaan.

I went there recently.

Mijn horloge is verloren gegaan.

- My watch has disappeared.
- My watch has gone.

Hij is naar boven gegaan.

He ascended.

Ze is naar boven gegaan.

She went upstairs.

- Wanneer ben je gisteren naar bed gegaan?
- Wanneer ben je gisteravond naar bed gegaan?

- When did you go to bed last night?
- What time did you go to sleep yesterday?
- What time did you go to bed yesterday?

Veel mensen zijn eraan onderdoor gegaan.

I've known it to break many people.

We zijn naar het museum gegaan.

We went to the museum.

Ze is daar gisteren naartoe gegaan.

She went there yesterday.

Ze is daar niet heen gegaan.

She did not go there.

Hij is op de fiets gegaan.

He went by bicycle.

Veel kleine ondernemingen zijn failliet gegaan.

Many small companies went bankrupt.

Wanneer zijn ze naar huis gegaan?

When did they go home?

Hij is gister naar Tokio gegaan.

He went to Tokyo yesterday.

Is uw wens in vervulling gegaan?

Did your wish come true?

Ik ben over de A58 gegaan.

I took Highway 58.

Hij is naar de bibliotheek gegaan.

- He has gone to the library.
- He went to the library.

Mijn hartsvriendin is naar Canada gegaan.

My girlfriend has gone to Canada.

Waarom zijn jullie uit elkaar gegaan?

Why did you guys break up?

Mijn vader is naar China gegaan.

- My father has gone to China.
- My father went to China.

Ik ben naar je website gegaan.

I went to your website.

Ik ben vroeg naar bed gegaan.

I went to bed early.

Ben je gisteren naar school gegaan?

Did you go to school yesterday?

Bent u naar de winkel gegaan?

Did you go to the shop?

Ik ben naar de markt gegaan.

I went to the market.

Waarom ben je naar Japan gegaan?

Why'd you go to Japan?

We zijn naar de bioscoop gegaan.

We went to the movies.

Hoe is Tom naar Australië gegaan?

How did Tom go to Australia?

- Ik ben naar een spookhuis gegaan.
- Ik ben naar een huis gegaan waar het spookt.

I went to a haunted house.

- Ben je nog niet naar de slager gegaan?
- Bent u nog niet naar de slager gegaan?
- Zijn jullie nog niet naar de slager gegaan?

You haven't gone to the butcher yet?