Examples of using "Karşılaştım" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb hem verschillende keren ontmoet.
- Ik ontmoette Tom in Australië.
- Ik heb Tom in Australië ontmoet.
- Ik kwam Tom tegen toen ik naar school ging.
- Ik kwam Tom tegen op weg naar school.
Ik heb haar per ongeluk op straat ontmoet.
Ik heb hem eergisteren ontmoet.
Ik heb Tom deze avond ontmoet.
Gisteren heb ik Christine ontmoet.
Ik ontmoette een aantal wandelaars op de berg.
Ik heb hem ontmoet.
In mijn droom kwam ik een wolf tegen.
Ik ontmoette een wolf in een droom.
Ik heb hem maar één keer ontmoet.
Ik heb je vriendin ontmoet.
Ik heb Mihaela ontmoet op het metrostation.
Ik ontmoette Tom op een ufo-conferentie.
- Ik kwam Tom tegen toen ik naar school ging.
- Ik kwam Tom tegen op weg naar school.
- Ik heb haar voor het eerst ontmoet in Londen.
- Ik heb haar leren kennen in Londen.
Ik heb hem eens ontmoet toen ik studente was.
Ik heb Jane toevallig in de supermarkt ontmoet.
Ik liep vorige week op een feestje Mary tegen het lijf.
Ik ontmoette mijn leraar per toeval in het restaurant gisteravond.
Ik heb Ken gisteren ontmoet.
Ik heb gisteravond toevallig mijn leerkracht ontmoet in een restaurant.
Deze morgen heb ik Tony ontmoet op weg naar school.
Geheel toevallig ontmoette ik mijn oude vriend in de luchthaven.
- Ik heb je vader gisteren ontmoet.
- Ik heb uw vader gisteren ontmoet.
- Ik heb jullie vader gisteren ontmoet.
Gisteren heb ik een oude vriend ontmoet, die ik al lang niet meer gezien had.
Ik heb Mihaela ontmoet op het metrostation.
Gisteren heb ik je zoon ontmoet en hij heeft me beleefd gegroet.
Ik ontmoette een Amerikaans meisje.