Examples of using "Noel" in a sentence and their dutch translations:
Morgen is het Kerstmis.
Kerstmis naderde.
Het is Kerstmis.
Morgen is het Kerstmis.
Het is Kerstmis.
Het is geen Kerstmis.
Het is bijna kerst.
- Kerstmis nadert.
- Kerstmis komt eraan.
Kerstmis komt eraan.
Vandaag is het kerst.
- Het is bijna kerst.
- Kerstmis komt eraan.
Kerstmis is op vijfentwintig december.
Kerstmis is op vijfentwintig december.
- Ze trouwden op kerstavond.
- Ze zijn op kerstavond getrouwd.
We zijn van plan om een kerstfeestje te houden op kerstavond.
De kerstman is Chinees.
Morgen is het Kerstmis.
Laat ons de kerstboom versieren.
Ik hou van kerstliedjes.
Ik hou van kerstmuziek.
Wat is een kerstmarkt?
Het is binnenkort kerstmis.
Het was bijna als Kerstmis.
Kerstmis komt er snel aan.
- Vandaag is het geen Kerstmis.
- Het is vandaag geen kerst.
Onze familie viert geen Kerstmis.
Binnenkort is het Kerstmis.
Het is bijna kerst.
Kerstmis komt er snel aan.
Ik kijk uit naar Kerstmis.
De kerstinkopen zijn stressvol.
- Ik hou van kerstliedjes.
- Ik hou van kerstliederen.
Ik geloof niet in de Kerstman.
- Ik heb geen kerstcadeautjes gekocht.
- Ik heb geen kerstcadeaus gekocht.
Ik was in Boston op kerstdag.
Is het alweer Kerstmis?
Het is nu bijna Kerstmis.
Ik kan vrij zijn op kerstdag, maar ik heb werk op kerstavond.
- Wat wil je dat de kerstman je brengt voor Kerstmis?
- Wat wilt u dat de kerstman u brengt voor Kerstmis?
- Wat willen jullie dat de kerstman jullie brengt voor Kerstmis?
Lieve Kerstman, ik wil een vriendin voor Kerstmis.
- Wat is je favoriete kerstlied?
- Wat is uw favoriete kerstlied?
- Wat is jullie favoriete kerstlied?
- Tom is op kerstdag vertrokken.
- Tom vertrok op kerstdag.
Ze vertrok op kerstdag.
Wat heb je vorig jaar met kerst gedaan?
- Het is zijn kerstcadeau.
- Het is zijn kerstcadeautje.
Wat doe jij met kerst?
Laten we de kerstboom hier neerzetten.
- Hoe is het met Kerstmis bij jou thuis?
- Hoe is het met Kerstmis bij u thuis?
- Hoe is het met Kerstmis bij jullie thuis?
- Ze gingen naar de kerk op kerstavond.
- Ze zijn op kerstavond naar de kerk gegaan.
Ik heb het voor Kerstmis gekregen.
- Wat wil je voor Kerstmis?
- Wat wilt u voor Kerstmis?
- Wat willen jullie voor Kerstmis?
- Heb je al kerstcadeautjes gekocht?
- Heeft u al kerstcadeautjes gekocht?
Hij gelooft in de Kerstman.
De kerstman stond in de tuin.
Scholen zijn gesloten met Kerstmis.
Gisteren hebben we de kerstboom versierd.
- Wat doe je met Kerstmis?
- Wat doet u met Kerstmis?
- Wat doen jullie met Kerstmis?
Toen ik klein was, geloofde ik in de kerstman.
Ik moet bij mijn kinderen zijn voor Kerstmis.
Kerst komt eraan, nietwaar?
De kerstboom schitterde in volle glorie.
De 24ste december is het kerstavond.
Mijn dochter kijkt uit naar Kerstmis.
Mijn zoon gelooft in de Kerstman.
- Ze trouwden op kerstavond.
- Ze zijn op kerstavond getrouwd.
Het kerstfeest op ons kantoor is morgen.
Ik kan niet geloven dat het al Kerstmis is.
- Afgelopen kerst hebben we champagne gedronken.
- Afgelopen kerst dronken we champagne.
- We hebben afgelopen Kerstmis champagne gedronken.
Is de kerstman echt?
Het is toch geen Kerstmis, of wel?
- Ben je klaar voor Kerstmis?
- Bent u klaar voor Kerstmis?
- Zijn jullie klaar voor Kerstmis?
- Ben je klaar voor kerst?
- Bent u klaar voor kerst?
- Zijn jullie klaar voor kerst?
Laten we de kerstboom hier neerzetten.
Kerstmis is nabij, is het niet?
- We verbleven in Hawaï met Kerstmis.
- We zijn met Kerstmis in Hawaï gebleven.
- Wat heb je voor Kerstmis gekregen?
- Wat hebt u voor Kerstmis gekregen?
- Wat hebben jullie voor Kerstmis gekregen?
Kerstmis is een bijzondere feestdag.
- Wat is je favoriete kerstfilm?
- Wat is uw favoriete kerstfilm?
- Wat is jullie favoriete kerstfilm?
- Wat is je favoriete kerstlied?
- Wat is uw favoriete kerstlied?
- Wat is jullie favoriete kerstlied?
Ik hou van aardbeien op kerstcake.
Deze Kerstmis gaat geweldig worden.
Tom schreef zijn kerstlijst.
- Ik ben terug voor Kerstmis.
- Ik zal terug zijn voor Kerstmis.
Kerstmis is niet ver meer.
- Waar ga je heen voor Kerstmis?
- Waar gaat u heen voor Kerstmis?
- Waar gaan jullie heen voor Kerstmis?
Kerstmis is niet meer zoals vroeger.
- Heb je je kerstinkopen gedaan?
- Hebt u uw kerstinkopen gedaan?
- Hebben jullie je kerstinkopen gedaan?
We gaan binnenkort onze kerstboom neerhalen.
Ik heb een paar kerstliedjes geschreven.
- Je kunt niet iedereen kerstkaarten sturen.
- U kunt niet iedereen kerstkaarten sturen.
- Jullie kunnen niet iedereen kerstkaarten sturen.