Translation of "Preparando" in Dutch

Estoy preparando té.

- Ik ben thee aan het zetten.
- Ik ben thee aan het maken.

Está preparando galletitas.

Zij is koekjes aan het maken.

Estoy preparando un plan.

Ik ben een plan aan het ontwerpen.

Meg está preparando el desayuno.

Meg bereidt het ontbijt voor.

Tom está preparando el plato.

- Tom doet de afwas.
- Tom doet de vaat.

Tom está preparando el desayuno.

Tom maakt ontbijt.

Mamá está preparando una tarta.

Mama is een taart aan het maken.

Mi madre está preparando el desayuno.

Mijn moeder maakt het ontbijt klaar.

Ella está ocupada preparando la cena.

Ze is volop het avondeten aan het klaarmaken.

¿Qué está preparando en la cocina?

Wat wordt er in de keuken klaargemaakt?

Me estaba preparando para entrar en el mundo real.

klaar om de échte wereld binnen te stappen.

- La mayoría de los estudiantes están preparando el examen final.
- La mayoría de los estudiantes se está preparando para las pruebas finales.

De meeste studenten bereiden zich voor voor de eindexamens.

- Mary está horneando una torta.
- Mary está preparando una tarta.

Mary bakt een taart.

La mayoría de los estudiantes están preparando el examen final.

De meeste studenten bereiden zich voor voor het eindexamen.

Miles de jóvenes soldados se están preparando para la guerra.

Duizenden jonge soldaten bereiden zich voor op de oorlog.

- Mi madre está preparando el desayuno.
- Mi madre prepara el desayuno.

Mijn moeder maakt het ontbijt klaar.

La mayoría de los estudiantes se está preparando para las pruebas finales.

De meeste studenten bereiden zich voor voor de eindexamens.

- Mi madre está ocupada preparando la cena.
- Mi madre está ocupada cocinando la cena.

Mijn moeder is bezig het avondeten te koken.