Examples of using "Muerta" in a sentence and their dutch translations:
- Zij is dood.
- Ze is dood.
- Zij is overleden.
Is ze dood?
en half dood.
- Zij is dood.
- Ze is dood.
Ik zie dode mensen.
Het is een dode gems.
De spin is dood.
- Ik ben doodmoe.
- Ik ben doodop.
De vlinder is dood.
Ik vond haar moeder dood.
Hij is overleden.
Mijn grootmoeder is niet dood.
Is die slang dood of levend?
als doodlopend verhaal op de intensive care.
De autobatterij is leeg
Is die slang dood of levend?
Het Latijn is een dode taal.
Ik ben niet dood.
Ze zag er meer dood dan levend uit.
Ze is half levend, half dood.
Tom weet niet of Mary dood of levend is.
Ik kon niet accepteren dat mijn vrouw echt dood was.
Een man wiens echtgenote overleden is, heet een weduwnaar.
Hartje winter kan hij wekenlang overleven in deze schijndode staat.
...verwijderen poetsvissen dode huid en parasieten. Ze bereiden de jongeling voor op zijn grote avond.