Examples of using "Fiesta" in a sentence and their dutch translations:
Laat het feest beginnen.
Ze hebben een feest morgen.
Tijd voor een feestje!
Waar is het feest?
Het feest zal morgen plaatsvinden.
- Het feest was een groot succes.
- Het feest was een compleet succes.
- Het feest was een gigantisch succes.
Hoe was het feest?
Ik heb hen uitgenodigd voor het feest.
Het feestje was echt leuk.
Ze was uitgenodigd voor een feestje.
Veel plezier op het feestje, John.
Dat was nogal eens een feest hé?
Morgen is een feestdag.
We hebben genoten op het feest.
Het feest was heel saai.
Veel plezier op het feestje, John.
Ik ga niet naar het feest.
Ik wil naar het feestje.
Hoe was Toms feestje?
Wil je naar mijn feestje komen?
- Zul je een kerstfeestje houden bij jou thuis?
- Zult u een kerstfeestje houden bij u thuis?
- Zullen jullie een kerstfeestje houden bij jullie thuis?
Het feest eindigde om tien uur.
We hebben een feest volgende zaterdag.
Ze gaven een groot feest voor mij.
Hoeveel mensen kwamen er naar je feestje?
Hij kwam gisteravond niet naar het feest.
- Het feest was een groot succes.
- Het feest was een compleet succes.
- Het feest was een gigantisch succes.
Wil je naar mijn feestje komen?
We waren allemaal aanwezig op het feest.
- Wie heeft je uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft u uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft jullie uitgenodigd voor het feest?
- Het feest was een groot succes.
- Het feest was een compleet succes.
- Het feest was een gigantisch succes.
Het feest was een complete ramp.
Het feestje was gedaan om negen uur.
Niemand heeft bestek naar het feest meegenomen.
Er waren veel mensen op het feest.
Jim komt ook naar het feest.
Tom komt ook naar het feest.
Het feest was een grote teleurstelling.
- Er was maar zes man op het feest.
- Er waren maar zes mensen op het feest.
Het feest was allesbehalve aangenaam.
Op het feest was iedereen goed gekleed.
Gisteravond hadden we een feestje thuis.
Behalve hij, kwam niemand naar het feestje.
We moeten een ruimte voor ons feest huren.
Ik zou het leuk vinden als je naar mijn feestje kwam.
- Hoeveel mensen heb je uitgenodigd op je feestje?
- Hoeveel mensen heb je uitgenodigd voor je feestje?
Ik dacht niet dat je naar mijn feestje zou komen.
Spring erin; het water is heerlijk.
Ik heb hem vorig jaar op een feestje ontmoet.
Er zijn maar tien mensen opgedaagd voor het feest.
Mijn vrienden geven morgen een feestje voor me.
Ze kwam niet opdagen bij het feest gisteren.
Ik kon niet naar het verjaardagsfeestje komen.
Ik kon niet naar jouw verjaardagsfeest gaan.
Waarom kwam hij niet naar het feestje?
Ik kon niet naar het verjaardagsfeestje komen.
Het feest van Trang was als een dodenwake.
Morgen is het een vrije dag.
- We hebben een feest gehad om zijn 70e verjaardag te vieren.
- We hebben een feest gehad voor zijn 70e verjaardag.
- Waarom heb je Tom uitgenodigd voor het feestje?
- Waarom hebben jullie Tom uitgenodigd voor het feestje?
Kerstmis is beslist mijn favoriete feestdag.
Geniet van het feest tot de laatste minuut!