Examples of using "убежала" in a sentence and their dutch translations:
De kat is weggelopen.
De hond liep weg.
Waarom is ze weggerend?
- De kat is weggelopen.
- De kat rende weg.
- De kat is weggerend.
- De hond ging weg.
- De hond liep weg.
Mijn aap is weggelopen!
- Mary rende huilend weg en sloeg de deur van haar slaapkamer dicht.
- Mary rende huilend weg en sloeg de deur van haar slaapkamer toe.
Toen ze 13 was, ging ze uit huis.
- Waarom zijt ge weggelopen?
- Waarom zijn jullie weggelopen?
- Waarom bent u weggelopen?
- Waarom ben je weggelopen?