Translation of "пятница" in Dutch

- Ура! Сегодня пятница!
- Наконец-то пятница.

Eindelijk is het vrijdag.

Сегодня пятница.

- Vandaag is het vrijdag.
- Het is vandaag vrijdag.

Сегодня пятница?

Is het vandaag vrijdag?

Наконец пятница.

Eindelijk is het vrijdag.

Вчера была пятница.

Gisteren was het vrijdag.

Говорят, что пятница тринадцатое - несчастливый день.

Men zegt dat vrijdag de dertiende een ongeluksdag is.

О нет, сегодня пятница 13-ое!

Oh nee, het is vrijdag de dertiende!

Вчера была пятница. Послезавтра будет понедельник.

Gisteren was het vrijdag; overmorgen is het maandag.

Вчера была пятница, послезавтра будет понедельник.

Gisteren was het vrijdag; overmorgen is het maandag.

Я не помню точно, но вроде это была пятница на прошлой неделе.

Ik herinner het me niet precies, maar ik veronderstel dat het vorige week vrijdag was.

Понедельник, вторник, среда, четверг, пятница, суббота и воскресенье - это семь дней недели.

Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag zijn de zeven dagen van de week.

В неделе семь дней: понедельник, вторник, среда, четверг, пятница, суббота и воскресенье.

Een week heeft zeven dagen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag.

Неделя делится на семь дней: понедельник, вторник, среда, четверг, пятница, суббота и воскресенье.

Een week is verdeeld in zeven dagen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag.