Examples of using "ненавидел" in a sentence and their dutch translations:
Hij haatte liegen.
Tom haatte Maria.
Tom had vroeger een hekel aan Boston.
- Hij hield niet van school.
- Hij haatte de school.
Tom haatte Maria.
Ik haatte Boston.
Tom haatte Australië.
Mijn stiefvader haatte me.
James Madison haatte het idee.
Tom haatte zijn leven lang honden en katten.
Tom haatte zijn leven lang honden en katten.
In het begin had hij een hekel aan haar, maar na verloop van tijd ging hij van haar houden.
Ik haatte Boston.
Ik haatte je, ik haat je en ik zal je haten.