Examples of using "заниматься" in a sentence and their dutch translations:
- Ik moet studeren.
- Ik moet leren.
Surf je graag?
Hou op met rotzooien.
Ik zal studeren.
Ik heb er geen zin in.
Je moet meer grammatica leren.
Het is erg belangrijk om dagelijks te sporten.
De leerlingen moeten meer studeren.
Ik heb geen zin om vandaag Engels te studeren.
Ik moet studeren.
Ik heb geen zin om te studeren.
Zoveel dat hij ermee gestopt is.
Ik wil dat niet doen.
Je hoeft vandaag niet te studeren.
Je zult vanaf nu harder moeten studeren.
Hij was te moe om te studeren.
Ik moet leren.
- Wat doet u graag in uw vrije tijd?
- Wat doe je graag in je vrije tijd?
Ik ben zo moe, dat ik niet kan studeren.
Ik heb er geen zin in.
- Ik ben te moe om dat nu te doen.
- Ik ben te moe om daar nu mee bezig te zijn.
Ik heb dit nooit willen doen.
Ik ga studeren.
Wat zou je in de toekomst willen doen?
Je moet veel studeren.
Stop met tv kijken en ga studeren!
Ik denk niet dat ik dat ga doen.
- Morgen ga ik in de bibliotheek studeren.
- Morgen ga ik studeren in de bibliotheek.
- Als je niet studeert, zal je het examen niet halen.
- Als je niet studeert, zal je zakken voor het examen.
Ik zou vandaag liever willen studeren dan spelen.
Dat wil ik zeker niet doen.
- Ik ben te moe om dat nu te doen.
- Ik ben te moe om daar nu mee bezig te zijn.
Ik ga vanmiddag Engels oefenen.
Wat ga je vandaag doen?
Ze moest hard studeren om haar klasgenoten bij te halen.
- Moet ik dat nu doen?
- Moet ik dat nu meteen doen?
Ik moet studeren.
Ik heb vandaag geen zin om te studeren. Laten we naar een voetbalwedstrijd gaan.
- Vrouwen willen ook neuken.
- Vrouwen willen ook seks hebben.
- Ik wilde dat niet doen.
- Dat heb ik niet willen doen.
Laten we het nu eens hebben over wat we in het nieuwe semester zullen doen.
Het is ontzettend heet vandaag en ik heb niet echt zin om te leren.
Ik had meer moeten studeren.
Ik wil geen Duits leren.
Ik heb er geen zin in.
Morgen ga ik studeren in de bibliotheek.
Echte mannen gaan naar de sportschool om gewicht te heffen, niet om aerobics te doen.
Tom werd verzocht dat niet hier te doen.
Er is niets anders wat ik wil doen.
Wat doet u graag in uw vrije tijd?
We zouden dat meer moeten doen.
Ik wil geen Duits leren.
Hij doet dat niet graag.
Wie zal er voor de kinderen zorgen?
Tatoeba is een goede les in nederigheid. We denken allen dat we een taal goed kennen, tot wanneer we er een beetje dieper op ingaan.
Wat ga je van het weekend doen?
Wiskunde is het deel van de wetenschap waarmee je je nog steeds zou kunnen bezighouden als je 's morgens wakker zou worden en zou merken dat het heelal er niet meer is.
Wat doe jij graag in je vrije tijd?
Vanaf volgende week hebben we tussentijdse examens. Denk eraan dat voor de vragen die je dan krijgt een enkel nachtje blokken onvoldoende is. Je moet echt nu beginnen!
Ik denk dat Tom het leuk vindt om dat te doen.