Examples of using "вернулся" in a sentence and their dutch translations:
De jongen kwam terug.
Het mannetje is terug.
- Tom is terug.
- Tom is teruggekeerd.
- Is Tom teruggegaan?
- Is Tom al terug?
De ambassadeur keerde terug.
Hij is terug.
Ik ben teruggekeerd.
De jongen kwam terug.
Is hij al terug?
Hij kwam snel terug.
Wanneer is hij teruggekomen?
Tom is weer hier.
Ik ben weer terug.
Is Tom teruggegaan?
Hij kwam twee dagen later weer terug.
Ik ben gisteren naar Boston teruggekeerd.
Hij is teruggekomen uit China.
Hij is net teruggekomen.
Hij kwam vóór acht uur terug.
- Ik ben teruggegaan naar Japan.
- Ik keerde naar Japan terug.
- Ik ben naar Japan teruggegaan.
Paul kwam terug met de vader.
Hij kwam terug uit Amerika.
Hij is te voet naar huis gegaan.
Je bent teruggekomen?
Hij kwam om zes uur terug.
Hij is uit vakantie teruggekeerd.
Tom kwam terug uit Australië.
Is hij al terug?
Een kalf ging weg, een rund kwam weer.
Leuk dat je er weer bent.
Tom is nog niet teruggekomen.
Tom keerde terug naar Australië.
Tom keert alleen terug naar huis.
Hij keerde terug uit Denemarken.
Hij kwam terug uit Canada.
Is Jim nog niet terug?
Lincoln keerde terug naar Washington.
Hij is naar Japan teruggekeerd.
Ik ben teruggekomen.
Tom is teruggekeerd uit Boston.
Ik keerde op tijd terug naar huis.
- Je bent terug!
- Je bent er weer!
- Ik ben zojuist uit Groot-Brittannië gekomen.
- Ik kwam juist terug uit Groot-Brittannië.
Drie uur later keerde hij naar huis terug.
Hij is terug thuisgekomen na een langdurige afwezigheid.
Waarom ben je terug?
- Wanneer ben je teruggekomen?
- Wanneer kwam je terug?
Zo snel als het donker arriveerde...
Bob kwam zeer laat thuis.
Hij kwam laat in de avond thuis.
Ik ben net terug uit school.
De jongen kwam terug.
Ik ben terug van weggeweest.
Hij kwam om vijf uur terug.
Wanneer ben je uit Londen teruggekomen?
Tom kwam terug uit Australië.
Onze buurman kwam net terug.
In juni is hij teruggekomen uit Nederland.
Ik ben net terug uit Zweden.
Tom is nog steeds niet teruggekomen.
Hij is na lange tijd weer thuisgekomen.
Hij kwam gisteren terug uit het buitenland.
Ik ben net terug van het postkantoor.