Examples of using "Parece" in a sentence and their dutch translations:
Het ziet er goed uit.
- Het ziet er vreemd uit.
- Het ziet er raar uit.
- Het ziet er bekend uit.
- Het komt me bekend voor.
- Dat klinkt heel interessant.
- Dit klinkt erg interessant.
Het lijkt wel... ...een hele menselijke arm.
Je ziet er bleek uit.
Dat klinkt geweldig.
Je ziet er bezorgd uit.
- Je ziet er erg moe uit.
- U ziet er erg moe uit.
- Jullie zien er erg moe uit.
- Het lijkt makkelijk.
- Het lijkt eenvoudig.
- Het klinkt geweldig.
- Dat klinkt fantastisch.
- Het lijkt geweldig.
- Ziet het er oké uit?
- Ziet het er acceptabel uit?
Het ziet er fascinerend uit.
- Het ziet er vreemd uit.
- Het ziet er raar uit.
Hij ziet er sterk uit.
Je ziet er moe uit.
Hij ziet er gezond uit.
Ze ziet er triest uit.
Hij ziet er moe uit.
Je ziet eruit als een dwaas.
- Je ziet er ziek uit.
- U ziet er ziek uit.
- Jullie zien er ziek uit.
Jane ziet er gelukkig uit.
U klinkt niet overtuigd.
- Ge ziet er heel moe uit.
- Je ziet er erg moe uit.
- U ziet er erg moe uit.
Dat lijkt me interessant!
- Het lijkt op regen.
- Het ziet eruit als regen.
Als een lagune.
Het lijkt op een ei.
Hij ziet er verdacht uit.
- Ze ziet er eenzaam uit.
- Ze lijkt eenzaam.
Hij ziet er bleek uit.
Dat klinkt eng.
Ze ziet er moe uit.
- Je lijkt tevreden.
- U lijkt tevreden.
- Jullie lijken tevreden.
Tom ziet er gelukkig uit.
Je ziet er voldaan uit.
Hij lijkt gelukkig.
Ze lijkt gelukkig.
Dat ziet er goed uit.
Dat klinkt fantastisch.
- Tom ziet er opgelucht uit.
- Tom lijkt opgelucht.
Tom ziet er schuldig uit.
- Je ziet er gespannen uit.
- Je kijkt nerveus.
- Je kijkt zenuwachtig.
- Je ziet er zenuwachtig uit.
- Je ziet er nerveus uit.
- U kijkt zenuwachtig.
- U kijkt nerveus.
- U ziet er zenuwachtig uit.
- U ziet er nerveus uit.
- Jullie zien er zenuwachtig uit.
- Jullie zien er nerveus uit.
- Jullie lijken nerveus.
- Jullie kijken zenuwachtig.
- Jullie kijken nerveus.
- U ziet er gespannen uit.
- Jullie zien er gespannen uit.
- Je lijkt nerveus.
- Je lijkt zenuwachtig.
- U lijkt nerveus.
- U lijkt zenuwachtig.
- Jullie lijken zenuwachtig.
Dat klinkt verschrikkelijk.
Hij klinkt boos.
- Dat klinkt fantastisch.
- Dat klinkt geweldig.
Je ziet er gelukkig uit.
Dat lijkt gevaarlijk.
- Jij ziet er gezond uit.
- Je ziet er gezond uit.
Het lijkt erop dat het kapot is.
Het lijkt op een cactus.
- Je lijkt afstandelijk.
- U lijkt afstandelijk.
- Jullie lijken afstandelijk.
Emi ziet er gelukkig uit.
Ken ziet er gelukkig uit.
Je ziet er verdrietig uit.
Hij lijkt ziek.
Tom lijkt verlegen.
Het ziet eruit als een sinaasappel.
Tom ziet er bleekjes uit.
Hij ziet er sterk uit.
Dit ziet er heerlijk uit.
Tom ziet er ziek uit.
Hij klinkt boos.
- Dit voelt niet goed.
- Dit voelt verkeerd.
- Je ziet er Europees uit.
- U ziet er Europees uit.
- Jullie zien er Europees uit.
Je ziet er fantastisch uit.
Je ziet er Japans uit.
Tom ziet er bezorgd uit.
Tom ziet er moe uit.
- Tom ziet er droevig uit.
- Tom kijkt verdrietig.
Tom schijnt ongemakkelijk te zijn.
Hij ziet er gezond uit.
Zijn zus ziet er jong uit.
Tom lijkt erg blij.
Dat lijkt mij vreemd.
Tom lijkt niet te vertrouwen.
- Uw plan klinkt uitstekend.
- Jouw plan klinkt uitstekend.
De hond ziet er hongerig uit.
- Jullie zien er niet Japans uit.
- U ziet er niet Japans uit.
- Je ziet er niet Japans uit.
Je lijkt niet onder de indruk.
Het is als klamme meloen.
Hij lijkt eerlijk te zijn.
- Dat verhaal klinkt geloofwaardig.
- Het verhaal klinkt echt.
- De oude man lijkt bedroefd.
- De oude ziet er triestig uit.
De hond ziet er hongerig uit.
Ze lijkt gelukkig te zijn.
Ze ziet er heel gelukkig uit.
Ze ziet er altijd bleek uit.