Examples of using "Olá" in a sentence and their dutch translations:
Hallo, dokter!
Hallo.
- Hoi.
- Dag!
- Hallo!
- Hai!
Hallo?
- Hallo allemaal!
- Hallo, iedereen!
Hallo, mijn vriend!
Hallo piramiden.
Hallo wereld.
Tot ziens!
- Hallo.
- Hoi.
- Dag.
- Hallo!
Zeg hallo.
Hallo wereld!
- Hallo, Tom.
- Hallo, Tom!
- Hallo, iedereen!
- Hallo, iedereen.
Hallo, Chicago!
Hallo, Hanako.
Hallo, Tom!
- Hallo meiden.
- Hallo, meisjes!
Kom je hoi zeggen?
- Wel ja, toe maar!
- Wow!
Hallo, mijn vriend!
Hallo! Goedemorgen!
- Hallo.
- Goedemorgen!
- Hoi.
- Hallo!
- Goedendag!
- Hallo allemaal!
- Hallo, iedereen!
Goedendag, mijn naam is Omid.
Hallo. Waarmee kan ik u helpen?
Hoi Lewis, kom je naar beneden?
"Hallo," zei Tom al glimlachend.
Hallo, ik ben Sepideh.
- Hallo, Lisa!
- Dag, Lisa!
- Hoi, Lisa!
Hallo, Tom.
Goedendag, mijn naam is Omid.
Hoi.
Dag mevrouw.
- Goedemorgen dames.
- Goedemorgen, dames.
Gegroet, Chicago!
- De kleine jongen zei hallo tegen me.
- Het jongetje zei me gedag.
Hallo, hoe heet je?
Want sommige innovaties zijn giftig. Hoi.
- Hallo, Tom.
- Hallo, Tom!
- Hallo.
- Goedemorgen!
- Hoi.
- Dag.
- Goedemiddag.
- Goedendag!
- Hallo.
- Hoi.
- Dag!
- Hallo!
- Groeten!
- Hallo meiden.
- Hallo, meisjes!
Hé, hoe gaat het met je?
Zeg alstublieft hallo tegen hem van mij.
Hallo John! Hoe gaat het?
- Goedemorgen, hoe maakt u het?
- Hoi, hoe gaat het?
- Hallo.
- Goedenavond.
- Goedenacht.
- Vaarwel.
- Hoi.
- Tot kijk.
- Dag.
- Goede morgen.
- Tot ziens.
- Goedemorgen.
- Goedemiddag.
- Goedendag.
- Doei.
- Ciao.
- Hé, hoe gaat het met je?
- Hoi, hoe gaat het?
...een menselijke vriend die zwaait en blij is je te zien.
- Hallo, ik ben Tom.
- Hoi, ik ben Tom.
Hallo, ik wil graag een verse jus d'orange.
- Hallo, ik ben Tom.
- Hoi, ik ben Tom.