Translation of "Stara" in Dutch

Spójrzcie, stara beczka!

Een oud vat.

Spójrzcie, stara beczka!

Kijk, een oud vat.

Jest bardzo stara.

Hij is heel oud.

To stara sztuczka.

Dat is een oude truc.

Ona jest stara.

- Ze is oud.
- Zij is oud.

Stara kobieta prowadzi samochód,

Een oude vrouw rijdt in haar auto

Ta książka jest stara.

Dit boek is oud.

- On się stara.
- On próbuje.

Hij probeert.

- Znowu to samo.
- Stara śpiewka.

Daar gaan we weer.

Właśnie to stara się robić Urugwaj.

Dat probeert Uruguay te doen.

Ona zawsze stara się pomagać innym.

Zij tracht altijd de anderen te helpen.

Jego sąsiad też się o nią stara.

Zijn buurman zit ook achter haar aan.

To chyba stara drabina górnicza. Tu, przy tej ścianie.

Het lijkt een oude ladder... ...aan de wand.

Jest tu stara droga ukryta głęboko w południowych lasach.

Er ligt een oude weg verborgen diep in de zuidelijke bossen.

Pewnego razu na małej wyspie żyła sobie stara kobieta.

Er was eens een oude vrouw op een eilandje.

To jest tak stara piosenka, że każdy ją zna.

Het is zo'n oud lied dat iedereen het kent.

Jej matka nie jest tak stara, na jaką wygląda.

Haar moeder is niet zo oud als ze er uitziet.

Moja torba jest już bardzo stara. Muszę kupić nową.

Mijn tas is te oud. Ik moet een nieuwe kopen.

Najlepsze, co możemy zrobić to to, co stara kobieta w dowcipie.

We kunnen nog het beste doen als die oude vrouw in die grap --