Translation of "Nienawidzi" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Nienawidzi" in a sentence and their dutch translations:

Tom mnie nienawidzi.

Tom haat mij.

On nienawidzi marchwi.

- Hij heeft een hekel aan wortels.
- Hij haat wortelen.

Ona go nienawidzi.

Ze haat hem.

On nienawidzi pająków.

- Hij verafschuwt spinnen.
- Hij haat spinnen.

Moja żona nienawidzi kotów.

Mijn vrouw haat katten.

On nienawidzi swojego sąsiada.

Hij haat zijn buurman.

Moja matka nienawidzi pisania listów.

- Mijn moeder heeft een hekel aan het schrijven van brieven.
- Mijn moeder haat het schrijven van brieven.

- Tom nie znosi kotów.
- Tom nienawidzi kotów.

Tom haat katten.

Większość developerów nienawidzi debugowania; więcej zabawy w tworzeniu błędów, niż ich poprawianiu.

De meeste ontwikkelaars hebben een hekel aan debuggen; het is leuker om programmeerfouten te maken dan ze op te lossen.