Examples of using "Colpita" in a sentence and their dutch translations:
- Waarom heb je haar geslaan?
- Waarom heb je haar geslagen?
Ik ben geraakt!
Kijk uit! De auto had je bijna omver gereden.
Tom maakte indruk op me.
Ik lig in het ziekenhuis. Ik werd door de bliksem getroffen.