Examples of using "Bárcsak" in a sentence and their dutch translations:
Ik wenste dat ik Engels kon spreken.
Ik wou dat je hier was.
Ik wou dat ik me kon herinneren.
Ik wou dat ik het kon.
Ik wou dat ik een steen was.
Ik wou dat ik kon gaan.
Ik wou dat Tom hier was.
- Ik wou dat ik opnieuw jong was.
- Ik zou willen opnieuw jong zijn.
Had ik maar een auto.
Ik wou dat ik wist waar hij was!
Ik wou dat mijn vrouw kon koken.
Kon ik toch ook maar zo goed Engels.
Kon ik maar een motor kopen!
Ik zou graag naar Japan kunnen gaan.
Had ik maar een vriend zoals jij.
Ik wou dat je bij me was.
Ik wou dat ik die gitaar kon kopen.
Ik wou dat dit werk voorbij was.
- Tom wenste dat hij voorzichtiger was geweest.
- Tom wilde dat hij voorzichtiger was geweest.
Ik wou dat je me eens mee zou nemen naar een restaurant.
Als ik tenminste zijn adres wist.
Ik zou willen dat ik je de reden kan vertellen, maar dat kan ik niet.
Hadden we maar een tuin!
- Ik wenste dat ik rijk was.
- Ik zou rijk willen zijn.
- Was ik maar rijk.
Ik had graag groter willen zijn.
Als ik tenminste zijn adres wist.