Examples of using "Schätzen" in a sentence and their dutch translations:
Ik kan afstanden niet inschatten.
Hoe oud schat u haar?
Ik waardeer het.
Ik zou het erg op prijs stellen.
- Wie hem kent, vindt hem aardig.
- Iedereen die hem kent vindt hem leuk.
We schatten de schade op duizend dollar.
We hechten waarde aan stiptheid.
Als we leren waarderen hoe bijzonder onze planeet is,
- Probeer te schatten hoeveel je aan boeken hebt uitgegeven.
- Probeer uit te rekenen hoeveel u aan boeken heeft uitgegeven.
Kunt ge schatten hoeveel vertraging de trein zal hebben?
Alleen wie ongeluk kent, weet geluk te waarderen.
Ik zou het erg op prijs stellen als u dat voor mij zou willen doen.
- Dat vind ik leuk.
- Ik vind dat leuk.
Hoe oud denk je dat Tom is?