Examples of using "Gespielt" in a sentence and their dutch translations:
Tenniste je gisteren?
Jij ging gisteren voetballen.
- We hebben voetbal gespeeld gisteren.
- Gisteren speelden we voetbal.
- Ik heb gevoetbald.
- Ik speelde voetbal.
- Ik heb voetbal gespeeld.
- Ik speelde tennis.
- Ik tenniste.
We hebben gisteren gehonkbald.
Ze heeft vroeger basketbal gespeeld.
We hebben gisteren getennist.
Heb je gisteren getennist?
Ze speelde prachtig piano.
Gisteren heb ik voetbal gespeeld.
- Heb je gister baseball gespeeld?
- Heb je gisteren baseball gespeeld?
Ze hebben gisteren gevoetbald.
Haar woede was niet gespeeld.
- We hebben voetbal gespeeld gisteren.
- Gisteren speelden we voetbal.
Ik heb de hele dag getennist.
- De kinderen waren in de modder aan het spelen.
- De kinderen zaten in de modder te spelen.
- De kinderen speelden in de modder.
Heb je gisterochtend tennis gespeeld?
Toen ik klein was speelde ik viool.
Hij heeft dikwijls voor de televisie gespeeld.
Ik heb tennis gespeeld met Tom.
Ik heb tennis tegen hem gespeeld.
We hebben basketbal gespeeld in de turnzaal.
Mijn achternicht speelde met vuur.
Ik heb getennist.
Ik heb tennis gespeeld met mijn broer.
Speelde je tennis?
Ik heb de hele dag getennist.
Dit spel wordt in Australië anders gespeeld.
Ik speelde gitaar.
...hebben een schandelijke rol gespeeld in Oekraïne.
- Ik heb het jaar door tennis gespeeld.
- Ik tenniste het hele jaar door.
Tom en Maria tennisten de hele dag.
Ik vraag mij af waarom tennis in minirokjes gespeeld wordt.
Ik speelde vaak honkbal toen ik jong was.
Toen ik de kamer binnenkwam was ze piano aan het spelen.
Ik speelde gitaar.
Tom en ik hebben de hele middag samen in de tuin gespeeld.
Liefde is een meesterwerk der muziek, gespeeld met een instrument met de naam mens.
Hij heeft de hele dag tennis gespeeld.
We speelden op het strand.