Examples of using "Odeur" in a sentence and their dutch translations:
Wat is deze geur?
Hij promoot zijn kracht met zijn geur.
Ze bloedt. Die geur zit in het water.
De vloeistof rook sterk.
Deze melk heeft een herkenbare geur.
Het diner ruikt heerlijk.
Dit gas heeft een onaangename geur.
Ze markeren hun grenzen met hun geur.
Ruik je iets raars?
Wat is deze geur?
Deze pompoen ruikt naar meloen.
...dat je slaapt in die heerlijke geur van dennen.
Het lichaam was iets naar voren gebogen en volgde het geurspoor.
Als ik modder gebruik verhult dat mijn geur.
De kamer rook naar tabak.
Het stonk vreselijk naar bedorven voedsel in de vuilnisbak.
Toen zag je de haai aan de rand zwemmen en haar geur oppikken. En ik dacht: o nee, dit is weer...
Alle geur zit in de kelp... ...dus de haai bijt in en hapt naar de kelp.
Maar het probleem is natuurlijk dat ze terug moet. Aan de andere kant pikt de haai haar geur weer op.
Ik blijf de slechte smaak van die paddenstoel... ...in mijn mond proeven.
- De kamer stonk naar tabak.
- In de kamer stonk het naar tabak.