Examples of using "Sucker" in a sentence and their dutch translations:
Eikel!
Arme dwaas!
- Idioot!
- Sukkel!
- Dwaas!
Elke minuut wordt er een sukkel geboren.
De letterlijke vertaling van het Spaanse woord „chupacabra” is „geitenlikker”.
Ann heeft een zwak voor chocolade.
Ann heeft een zwak voor chocolade.