Translation of "Saying" in Dutch

0.122 sec.

Examples of using "Saying" in a sentence and their dutch translations:

- Stop saying that!
- Stop saying that.

- Stop met dat te zeggen!
- Hou op met dat te zeggen!

- I'm just saying!
- I'm just saying.

Ik zeg het alleen maar!

- What're you saying?
- What are you saying?

- Wat zegt u?
- Wat zeg je?
- Wat zeggen jullie?

- What are you saying?
- What is she saying?
- What is he saying?

- Wat zegt ze?
- Wat zegt hij?

Everyone's saying it.

Iedereen zegt het.

You were saying...?

Je zei?

I'm just saying!

Ik zeg het alleen maar!

Sitting around and saying,

ergens zit en dit zou zeggen:

What are you saying?

Wat bedoel je?

That goes without saying.

- Dat spreekt vanzelf.
- Het spreekt voor zich!

Tom denied saying that.

Tom ontkende dat gezegd te hebben.

- I'm not just saying that.
- I am not just saying that.

Ik zeg dat niet zomaar.

- He left without saying anything.
- He left without saying a word.

Hij ging weg zonder iets te zeggen.

- Don't go off without saying good-by.
- Don't leave without saying goodbye.

- Ga niet weg zonder gedag te zeggen.
- Ga niet weg zonder afscheid te nemen.

Their body language is saying,

hun lichaamstaal zegt:

We all know the saying,

We kennen allemaal het gezegde:

I understand what she's saying.

Ik begrijp wat ze zegt.

He has trouble saying no.

Hij kan moeilijk nee zeggen.

I understand what you're saying.

Ik begrijp wat je zegt.

He left without saying anything.

Hij ging weg zonder iets te zeggen.

I hear what you're saying.

Ik hoor wat je zegt.

This saying became popular overnight.

Van de ene dag op de andere werd die uitspraak populair.

Would you stop saying that?

Wil je dat niet meer zeggen?

That's a very old saying.

Dat is een heel oud gezegde.

I get what you're saying.

Ik snap wat je zegt.

He left without saying goodbye.

Hij ging weg zonder afscheid te nemen.

Erica went without saying goodbye.

Erika verdween zonder afscheid te nemen.

Why are you saying that?

Waarom zeg je dat?

Saying goodbye is never easy.

Afscheid nemen is nooit gemakkelijk.

Pardon me for saying so.

Sorry dat ik het zeg.

- Do you understand what I'm saying?
- Do you understand what I am saying?

- Snap je wat ik bedoel?
- Begrijp je wat ik zeg?

- Saying is quite different from doing.
- Saying and doing are two different things.

Van zeggen naar doen is een grote stap.

- I understand what you're saying.
- I hear you.
- I get what you're saying.

Ik begrijp wat je zegt.

- He can understand everything she is saying.
- He can understand everything she's saying.

Hij kan alles begrijpen wat ze zegt.

- I'm saying nothing but the plain truth.
- I'm saying nothing but the pure truth.

Ik zeg niets dan de zuivere waarheid.

saying that she might harm herself,

waarin stond dat ze zichzelf iets aan zou kunnen doen,

I don't understand what she's saying.

Ik versta niet wat ze zei.

The student left without saying anything.

De student vertrok zonder iets te zeggen.

Do you hear what I'm saying?

Hoor je wat ik zeg?

Tom doesn't understand what you're saying.

Tom begrijpt niet wat jij zegt.

Do you understand what he's saying?

Snap je wat hij zegt?

Do you understand what I'm saying?

- Verstaat ge wat ik zeg?
- Begrijp je wat ik zeg?

I have nothing else worth saying.

Ik heb anders niets belangrijks meer te zeggen.

Are you saying I smell bad?

Zeg je nou dat ik stink?

Listen to what I am saying.

- Luister naar wat ik zeg.
- Luister wat ik zeg.

Does she understand what he's saying?

Verstaat ze wat hij vertelt?

I got what she was saying.

Ik heb begrepen wat ze zei.

He vanished without saying a word.

- Hij verdween zonder een woord te zeggen.
- Hij is verdwenen zonder een woord te zeggen.
- Hij is weggegaan zonder een woord te zeggen.
- Hij is ervandoor gegaan zonder een woord te zeggen.

Tom vanished without saying a word.

Tom verdween zonder een woord te hebben gezegd.

- Everyone's saying it.
- Everybody says it.

Iedereen zegt het.

He left without saying a word.

Hij vertrok zonder een woord te zeggen.

She left the room without saying goodbye.

Ze verliet de kamer zonder afscheid te nemen.

He went out without saying good-bye.

Hij ging weg zonder afscheid te nemen.

Don't go off without saying good-by.

Ga niet weg zonder gedag te zeggen.

Do you understand what I am saying?

- Snap je wat ik bedoel?
- Begrijp je wat ik zeg?

She left the house without saying goodbye.

Ze verliet het huis zonder gedag te zeggen.

We couldn't hear what Tom was saying.

We konden niet horen wat Tom zei.

I can understand what she is saying.

Ik begrijp wat ze zegt.

I don't understand a thing you're saying.

Ik begrijp niets van wat je zegt.

Are you saying that I killed Tom?

Zeg je nu dat ik Tom heb vermoord?

Are you saying that you killed Tom?

Zeg je dat je Tom hebt vermoord?

She walked away without saying good bye.

Ze ging weg zonder afscheid te nemen.

Always use your brain before saying anything.

Je moet altijd nadenken voor je wat zegt.

- Are you saying my life is in danger?
- Are you saying that my life is in danger?

Zeg je dat mijn leven in gevaar is?

- I understand what you're saying.
- I hear you.
- I understand what you say.
- I get what you're saying.

- Ik begrijp wat je zegt.
- Ik snap wat je zegt.

I mean, Picasso had a saying, he said,

Picasso zei altijd:

But saying the actual word still felt worse.

Maar het echte woord zeggen voelde nog slechter aan.

One of those conditions -- not saying the word.

Eén van die voorwaarden -- het woord niet uitspreken.

saying, "The exploration and use of outer space

Het zei: "Het onderzoeken en gebruik van de ruimte

It's saying we're all going to get killed.

Het zegt dat we allemaal zullen worden vermoord.

- What does she say?
- What is she saying?

Wat zegt ze?

He went out without saying goodbye to me.

Hij ging weg zonder dag tegen me te zeggen.

It's just not right, what you are saying!

Wat je zegt is helemaal niet waar!

Are you saying my life is in danger?

Zeg je dat mijn leven in gevaar is?