Examples of using "Saying" in a sentence and their dutch translations:
- Stop met dat te zeggen!
- Hou op met dat te zeggen!
Ik zeg het alleen maar!
- Wat zegt u?
- Wat zeg je?
- Wat zeggen jullie?
- Wat zegt ze?
- Wat zegt hij?
Iedereen zegt het.
Je zei?
Ik zeg het alleen maar!
ergens zit en dit zou zeggen:
Wat bedoel je?
- Dat spreekt vanzelf.
- Het spreekt voor zich!
Tom ontkende dat gezegd te hebben.
Ik zeg dat niet zomaar.
Hij ging weg zonder iets te zeggen.
- Ga niet weg zonder gedag te zeggen.
- Ga niet weg zonder afscheid te nemen.
hun lichaamstaal zegt:
We kennen allemaal het gezegde:
Ik begrijp wat ze zegt.
Hij kan moeilijk nee zeggen.
Ik begrijp wat je zegt.
Hij ging weg zonder iets te zeggen.
Ik hoor wat je zegt.
Van de ene dag op de andere werd die uitspraak populair.
Wil je dat niet meer zeggen?
Dat is een heel oud gezegde.
Ik snap wat je zegt.
Hij ging weg zonder afscheid te nemen.
Erika verdween zonder afscheid te nemen.
Waarom zeg je dat?
Afscheid nemen is nooit gemakkelijk.
Sorry dat ik het zeg.
- Snap je wat ik bedoel?
- Begrijp je wat ik zeg?
Van zeggen naar doen is een grote stap.
Ik begrijp wat je zegt.
Hij kan alles begrijpen wat ze zegt.
Ik zeg niets dan de zuivere waarheid.
waarin stond dat ze zichzelf iets aan zou kunnen doen,
Ik versta niet wat ze zei.
De student vertrok zonder iets te zeggen.
Hoor je wat ik zeg?
Tom begrijpt niet wat jij zegt.
Snap je wat hij zegt?
- Verstaat ge wat ik zeg?
- Begrijp je wat ik zeg?
Ik heb anders niets belangrijks meer te zeggen.
Zeg je nou dat ik stink?
- Luister naar wat ik zeg.
- Luister wat ik zeg.
Verstaat ze wat hij vertelt?
Ik heb begrepen wat ze zei.
- Hij verdween zonder een woord te zeggen.
- Hij is verdwenen zonder een woord te zeggen.
- Hij is weggegaan zonder een woord te zeggen.
- Hij is ervandoor gegaan zonder een woord te zeggen.
Tom verdween zonder een woord te hebben gezegd.
Iedereen zegt het.
Hij vertrok zonder een woord te zeggen.
Ze verliet de kamer zonder afscheid te nemen.
Hij ging weg zonder afscheid te nemen.
Ga niet weg zonder gedag te zeggen.
- Snap je wat ik bedoel?
- Begrijp je wat ik zeg?
Ze verliet het huis zonder gedag te zeggen.
We konden niet horen wat Tom zei.
Ik begrijp wat ze zegt.
Ik begrijp niets van wat je zegt.
Zeg je nu dat ik Tom heb vermoord?
Zeg je dat je Tom hebt vermoord?
Ze ging weg zonder afscheid te nemen.
Je moet altijd nadenken voor je wat zegt.
Zeg je dat mijn leven in gevaar is?
- Ik begrijp wat je zegt.
- Ik snap wat je zegt.
Picasso zei altijd:
Maar het echte woord zeggen voelde nog slechter aan.
Eén van die voorwaarden -- het woord niet uitspreken.
Het zei: "Het onderzoeken en gebruik van de ruimte
Het zegt dat we allemaal zullen worden vermoord.
Wat zegt ze?
Hij ging weg zonder dag tegen me te zeggen.
Wat je zegt is helemaal niet waar!
Zeg je dat mijn leven in gevaar is?