Examples of using "Reputation " in a sentence and their dutch translations:
Hij heeft een goede reputatie.
Tom heeft een slechte reputatie.
Hij staat bekend om zijn integriteit.
Tom heeft geen goede reputatie.
vestigde hij een reputatie als een formidabele divisiecommandant:
Veel wetenschappers hebben de reputatie excentriek te zijn.
Ik had een goed netwerk, een goede reputatie --
- Die autodealer staat erom bekend roestbakken te verkopen.
- Die autodealer heeft de reputatie rammelbakken te verkopen.
Tom en Marie staan bekend om hun gastvrijheid.
Nederlanders staan bekend voor goed zijn in talen.
De aanvallen op mensen tasten de reputatie aan van deze grote kat.
Zijn reputatie als een briljant, onverschrokken en gedurfde militaire commandant blijft ongemoeid.
...met een angstaanjagende reputatie en een eeuwenoud arsenaal. Het is snel, agressief, en sterk giftig...
Daarbij verwierf hij een reputatie als een georganiseerde en beslissende commandant en een briljante tacticus.
Hij verdiende kort de kost in Dresden als schermmeester met een gevreesde reputatie als duellist.