Translation of "Twijfel" in Portuguese

0.010 sec.

Examples of using "Twijfel" in a sentence and their portuguese translations:

Twijfel niet.

Nunca o duvidem,

Zonder twijfel!

Sem dúvida alguma!

Twijfel nooit!

- Jamais duvide!
- Nunca duvidem!
- Nunca duvides!

Zonder enige twijfel!

Sem dúvida alguma!

- Ongetwijfeld.
- Zonder twijfel.

- Sem dúvida.
- Sem dúvidas.

Er is geen twijfel.

- Não há dúvidas.
- Não há dúvida.

Daaraan twijfel ik niet.

Não duvido disso.

- Ik heb niet de minste twijfel.
- Ik heb geen enkele twijfel.

Não tenho a mínima dúvida.

Ik heb geen enkele twijfel.

Não tenho a mínima dúvida.

- Elke waarheid is beter dan oneindige twijfel.
- Elke waarheid is beter dan eindeloze twijfel.

Qualquer verdade é melhor do que a dúvida imprecisa.

Ik heb niet de minste twijfel.

Não tenho a mínima dúvida.

Ik twijfel nog tussen twee mogelijkheden.

Eu ainda hesito entre duas possibilidades.

We hebben geen tijd voor twijfel.

Não temos tempo para hesitar.

Het zal zonder twijfel gaan regenen.

Vai chover, com certeza.

Ik twijfel eraan dat te hebben gezegd.

- Eu duvido de ter dito isto.
- Duvido que eu tenha dito isto.
- Eu duvido de ter dito isso.

Twijfel je nog steeds aan mijn beslissing?

Você ainda duvida de minha decisão?

Twijfel nooit om de waarheid te vertellen.

Nunca hesite em dizer a verdade.

- Twijfel niet aan de effectiviteit van dit medicijn.
- Twijfel niet aan de goede werking van dit medicijn.

Não duvide da eficácia deste medicamento.

Zonder twijfel heb je de eenvoudigste weg genomen.

Sem dúvida você pegou o caminho mais fácil.

Ik twijfel over de waarachtigheid van dit rapport.

Tenho dúvidas sobre a veracidade deste relato.

Er is geen enkele twijfel over uw bekwaamheid.

Não há nenhuma dúvida sobre sua habilidade.

- Hij komt zonder twijfel.
- Hij zal zeker komen.

Com certeza ele vem.

Er bestaat geen twijfel over dat ze talent heeft.

Ela tem talento, sem sombra de dúvida.

Nu is er geen twijfel over mogelijk. Duisternis biedt kansen.

Agora, não há dúvida. A escuridão traz oportunidades.

Ik twijfel er niet aan dat hij me zal helpen.

Eu não duvido que ele vai me ajudar.

- Hij komt zonder twijfel.
- Ik weet zeker dat hij komt.

Com certeza ele vem.

- Zeker.
- Zeker!
- Natuurlijk!
- Zonder twijfel.
- Jazeker.
- Uiteraard!
- Zeker weten!
- Maar natuurlijk!

- Certamente.
- É claro.

- Het zal ongetwijfeld gaan regenen.
- Het zal zonder twijfel gaan regenen.

Vai chover, com certeza.

- Zeker!
- Natuurlijk!
- Precies!
- Zonder twijfel.
- Jawel.
- Uiteraard!
- Inderdaad!
- Zeker weten!
- Maar natuurlijk!

Com certeza!

- Tom was zeker de beste zwemmer van ons allemaal.
- Tom was zonder twijfel de beste zwemmer van ons allemaal.

Tom era sem dúvida o melhor nadador entre todos nós.

- Hij komt zonder twijfel.
- Ik ben er zeker van dat hij komt.
- Ik weet zeker dat hij komt.
- Ik ben er zeker van dat hij zal komen.

Tenho certeza de que ele virá.