Translation of "Tellen" in Portuguese

0.004 sec.

Examples of using "Tellen" in a sentence and their portuguese translations:

Begin met tellen.

- Comece a contar.
- Comecem a contar.

Hij kan niet tellen.

Ele não pode contar.

- Kun je in het Frans tellen?
- Kunt u in het Frans tellen?
- Kunnen jullie in het Frans tellen?

Você sabe contar em francês?

- Kun je in het Italiaans tellen?
- Kunt u in het Italiaans tellen?
- Kunnen jullie in het Italiaans tellen?

Consegues contar em italiano?

Mijn zoon kan nog niet tellen.

Meu filho ainda não sabe contar.

Mijn zoon kan nu tot honderd tellen.

Meu filho pode contar até cem agora.

Mijn zoon kan al tot honderd tellen.

Meu filho já sabe contar até cem.

We hebben meer klanten dan we kunnen tellen.

Nós temos mais clientes do que podemos contar.

Hij heeft meer geld dan hij kan tellen.

Ele tem mais dinheiro do que é capaz de contar.

- Ik ben zo terug.
- In twee tellen ben ik terug.

- Voltarei em breve.
- Volto logo.
- Volto já.
- Voltarei logo.

- Ze is twee jaar oud en kan al tellen tot honderd.
- Ze is nog maar twee jaar oud, maar ze kan al tellen tot honderd.

Ela tem dois anos, mas já consegue contar até 100.

Wanneer je twee jaar oud was, kon je al tot tien tellen.

Você conseguia contar até dez quando você tinha dois anos.

Hij is niet verstandig genoeg om getallen in het hoofd op te tellen.

Ele não é inteligente o bastante para fazer contas de cabeça.

Het is tijd om meer te doen dan alleen het tellen van het aantal slachtoffers.

É hora de fazer mais do que apenas contar o número de vítimas.

Als er geen leven na de dood is, kan je dit leven maar beter laten tellen.

Se não há vida após a morte, então é melhor fazer que esta vida tenha algum valor.

Er zijn drie verschillende soorten mensen op de wereld: zij die kunnen tellen en zij die dat niet kunnen.

Há três tipos de pessoas no mundo: aquelas que sabem contar e aquelas que não sabem.