Translation of "Gekocht" in Japanese

0.037 sec.

Examples of using "Gekocht" in a sentence and their japanese translations:

- Wat heb je gekocht?
- Wat heeft u gekocht?
- Wat hebben jullie gekocht?

- 何を買ったのですか。
- 何を買いましたか。
- 何買ったの?

- Heb je een watermeloen gekocht?
- Heeft u een watermeloen gekocht?
- Hebben jullie een watermeloen gekocht?

すいか買った?

Het huis is gekocht.

その家は買い取られた。

Wat heb je gekocht?

- 何を買いましたか。
- 何買ったの?

Ik heb het gekocht.

私はそれを買った。

Ze heeft kip gekocht.

彼女は鶏肉を買った。

- Ik heb een nieuwe vaatwasser gekocht.
- Ik heb een nieuwe afwasmachine gekocht.
- Ik heb een nieuwe vaatwasmachine gekocht.

新しい食洗機、買ったんだ。

- Ik heb een rode das gekocht.
- Ik heb een rode stropdas gekocht.

赤いネクタイを買いました。

- Waar hebt ge die schoenen gekocht?
- Waar heeft u deze schoenen gekocht?

そのくつはどこで買ったんですか。

Heb je een watermeloen gekocht?

すいか買った?

Heb je een retourkaartje gekocht?

往復切符を買いましたか。

Ik heb twee broden gekocht.

- パンを2こ買ったよ。
- 二つパンを買いました。

Ze heeft gisteren groenten gekocht.

彼女は昨日野菜を買いました。

Waarom heb je bloemen gekocht?

どうして花を買ったの?

Tom heeft een webcam gekocht.

トムはウェブカメラを買った。

Ik heb een horloge gekocht.

- 私は時計を買いました。
- 私は腕時計を買った。

Wat heeft Mari gisteren gekocht?

昨日メアリーが買ったのは何ですか。

Ik heb een paraplu gekocht.

傘を買った。

Ik heb vers brood gekocht.

焼きたてパンを買ったよ。

Hij heeft een digitale gekocht.

彼はデジタルを買った。

Ik heb één zak gekocht.

バッグを1つ購入しました。

Waar heb je bloemen gekocht?

どこで花を買いましたか。

Ik heb twee broeken gekocht.

- 私はズボンを2着買った。
- ズボンを2本買った。

Ik heb een cactus gekocht.

サボテンを買いました。

Ik heb het gisteren gekocht.

- 私は昨日それを買いました。
- 昨日買いました。

Wanneer heb je hem gekocht?

いつそれを買ったの。

- Laat zien wat ge gekocht hebt.
- Laat me zien wat je gekocht hebt.

君が買った物を見せなさい。

- Ik heb vandaag een dozijn potloden gekocht.
- Ik heb vandaag een twaalftal potloden gekocht.

今日鉛筆を1ダース買った。

Gisteren heeft Maria die rok gekocht.

メアリーがこのスカートを買ったのは昨日だった。

Waar heb je dat boek gekocht?

- その本をどこで買ったのですか。
- その本どこで買ったの?

Waar heeft u het ticket gekocht?

そのチケットはどこで買ったのですか。

Opa heeft het voor mij gekocht!

おじいちゃんに買ってもらったんだー!

Papa heeft boeken voor me gekocht.

父は私に本を買ってくれました。

Hij heeft een goed fototoestel gekocht.

彼は良いカメラを買った。

Ik heb een oude lamp gekocht.

私は古いランプを買った。

Waar heb je de bloemen gekocht?

どこで花を買いましたか。

Wanneer heb jij je auto gekocht?

車っていつ買ったの?

Waar hebt ge die schoenen gekocht?

この靴どこで買ったの?

Gisteren heb ik een boek gekocht.

昨日本を買った。

Hij heeft een nieuwe auto gekocht.

彼は新しい車を買った。

Tom heeft een hybride auto gekocht.

トムはハイブリッドカーを買った。

Wat voor souvenirs heb je gekocht?

お土産何買ったの?

Ik heb weer iets onnodigs gekocht.

また要らないもの買っちゃったよ。

Ik heb het vorige week gekocht.

- 先週それを買いました。
- それは先週買いました。

Ik heb een nieuwe naaimachine gekocht.

私は新しいミシンを買った。

Ze heeft twee dozijn eieren gekocht.

彼女は2ダースの卵を買った。

Wanneer heb je deze auto gekocht?

この車いつ買ったの?

- Jane heeft het dan toch maar niet gekocht.
- Ten slotte heeft Jane het niet gekocht.

ジェーンは結局それを買わなかった。

- Ge hebt meer postzegels gekocht dan nodig.
- Je hebt meer postzegels gekocht dan nodig zijn.

君は必要以上に多くの切手を買ってしまった。

- Heb je het op de zwarte markt gekocht?
- Heeft u het op de zwarte markt gekocht?
- Hebben jullie het op de zwarte markt gekocht?

君はそれをヤミで買ったのか。

- Heb je iets voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Hebt u iets voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Hebben jullie iets voor haar gekocht voor Kerstmis?

クリスマスに彼女に何か買ってあげたの?

- Weet je waar hij zijn fototoestel gekocht heeft?
- Weet u waar hij zijn fototoestel gekocht heeft?

彼がどこでカメラを買ったのか知っていますか。

- Ik heb voor Tom nog geen kerstcadeautje gekocht.
- Ik heb voor Tom nog geen kerstcadeau gekocht.

まだトムのクリスマスプレゼントを買ってないんだ。

Mijn vader heeft een nieuwe auto gekocht.

父は新しい車を買いました。

Ik heb een boek over dieren gekocht.

- 動物についての本を買ったよ。
- 動物に関する本を買った。

Ze heeft onlangs een nieuw huis gekocht.

- 彼女は先日新しい家を買いました。
- 彼女はこの間、新しい家を買いました。
- 彼女はこないだ新しい家を買いました。

Gisteren heeft mijn oom een hond gekocht.

昨日私の叔父が犬を買った。

Is dat alles wat je gekocht hebt?

それ全部買ったやつなの?

Ik heb een half dozijn eieren gekocht.

私は卵を半ダース買った。

Tom heeft een nieuwe multifunctionele printer gekocht.

トムは新しい複合機を買った。

Papa heeft een fototoestel voor me gekocht.

お父さんは僕にカメラを買ってくれた。

Laat eens zien wat je gekocht hebt.

あなたが買ったものを見せてくれませんか。

Ik heb het gekocht voor tien dollar.

- 私はそれを10ドルで買った。
- それを10ドルで買った。

Ze heeft een trui voor hem gekocht.

彼女は彼にセーターを買ってやった。

Ik heb een klok voor Tom gekocht.

トムに時計を買った。

- Zult ge mij tonen wat ge gisteren gekocht hebt?
- Toon je me wat je gisteren gekocht hebt?

あなたが昨日買ったものを見せてくれませんか。