Examples of using "يلعب" in a sentence and their dutch translations:
- Hij speelt zeer goed.
- Hij speelt erg goed.
Kinderen spelen met speelgoed.
Hij speelt piano.
Tom is aan het tennissen met Mary.
Mijn vriendin tennist niet.
Daar aanbeland werkt de sneeuw als een iglo,
Dit is een erg asociaal dier dat met vissen speelt.
Tom en zijn vrienden spelen bijna iedere vrijdagavond poker.