Examples of using "İtalyanlar" in a sentence and their dutch translations:
Italianen eten pasta.
Italianen drinken geen koffie.
Italianen zijn erg stijlvol.
Italianen geven niet snel op.
Italianen drinken vaak koffie.
Italianen drinken altijd wijn.
Italianen eten spaghetti niet met een lepel.
Italianen gebruiken alleen hun vork om spaghetti te eten.