Translation of "Abren" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Abren" in a sentence and their dutch translations:

¿Cuándo abren?

- Wanneer gaan ze open?
- Wanneer openen ze?

¿A qué hora abren la tienda?

- Wanneer gaat de winkel open?
- Op welk tijdstip gaat de winkel open?

- Los bancos abren a las nueve.
- Los bancos abren a las nueve de la mañana.

Banken openen om negen uur.

Todas las puertas se abren para Louise.

Voor Louise gaan alle deuren open.

Cuando las flores se abren, la fragancia dulce

Als de bloemen opengaan, dienen de zoete geur...

Las puertas de la escuela se abren a las 8.

De deuren van de school gaan open om 8 uur.

Pero algunos de estos moluscos solo se abren si ese taladro está precisamente en el ápice de la concha, en el músculo abductor.

Sommige van deze weekdieren ontspannen alleen... ...als die boor precies in de top van de schaal zit... ...op de abductor.