Examples of using "связаться" in a sentence and their dutch translations:
Ik kon geen contact krijgen met hem.
- Zou je contact met hem kunnen opnemen?
- Zou je hem kunnen contacteren?
Ze proberen haar te contacteren.
Ik probeer contact te krijgen met haar zus.
- Zou je contact met hem kunnen opnemen?
- Zou je hem kunnen contacteren?
Ik kan Tom niet bereiken.
Hoe kan ik contact opnemen met een Japans sprekende dokter?
- Ik wil hem telefoneren, hebt ge zijn nummer?
- Ik wil hem opbellen. Heb jij zijn nummer?
Ze proberen haar te contacteren.