Translation of "поменялись" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "поменялись" in a sentence and their dutch translations:

Они поменялись местами.

- Ze wisselden van plaats met elkaar.
- Ze hebben met elkaar van plaats gewisseld.

Том и Мэри поменялись местами.

- Tom en Mary wisselden van plek.
- Tom en Maria hebben van plaats gewisseld.
- Tom en Maria zijn van plaats verwisseld.

- Положение изменилось.
- Обстоятельства изменились.
- Обстоятельства поменялись.

De omstandigheden zijn veranderd.