Examples of using "подарков" in a sentence and their dutch translations:
Koop me geen cadeautjes meer.
Koop me geen cadeautjes meer.
Koop me geen cadeautjes meer.
Ik heb enkele geschenken.
Koop me geen cadeautjes meer.
Koop me geen cadeautjes meer.
Er liggen veel cadeautjes onder de kerstboom.
- Hoeveel kerstcadeaus heb je dit jaar gekregen?
- Hoeveel kerstcadeaus hebt u dit jaar gekregen?
- Hoeveel kerstcadeaus hebben jullie dit jaar gekregen?
- Tom kreeg meer kerstcadeaus dan ik.
- Tom heeft meer kerstcadeaus gekregen dan ik.
Tom kreeg meer kerstcadeaus dan Maria.
U aanvaardt de geschenken niet.
Op je verjaardag krijg je veel cadeautjes.
Mijn broer kreeg meer cadeautjes bij kerst dan ik.
Mijn zus kreeg meer cadeautjes bij kerst dan ik.