Examples of using "плод" in a sentence and their dutch translations:
- De vrucht is zoet.
- Het fruit smaakt zoet.
het fruit, bewijs van haar transformatie.
- Waarom heeft Adam de verboden vrucht gegeten?
- Waarom at Adam de verboden vrucht?
- Je succes is de vrucht van je harde werken.
- Je succes is het resultaat van je harde werken.
Alice heeft echt bestaan maar Wonderland is een fictief land.
Dus om rijpheid te controleren, knijpt hij in de vijgen met zijn lippen.