Examples of using "апельсина" in a sentence and their dutch translations:
Er ligt geen sinaasappel op tafel.
De vrouw verslikte zich in een stukje sinaasappel.
Ik heb drie sinaasappels gekocht.
Er ligt zelfs geen sinaasappel op tafel.
Hoeveel sinaasappelsap kun je uit één perssinaasappel persen?
Deze vrucht heeft de vorm van een sinaasappel en smaakt als een ananas.