Examples of using "три" in a sentence and their dutch translations:
Drie ideeën, drie tegenstellingen.
- Drie maal drie is negen.
- Drie vermenigvuldigd met drie is negen.
- Het is bijna drie uur.
- Het is bijna drie.
- Drie maal drie is negen.
- Drie vermenigvuldigd met drie is negen.
Drie maal drie is negen.
Bijna drie.
- Je hebt drie katten.
- U heeft drie katten.
- Jullie hebben drie katten.
Het is bijna drie.
- Zes keer drie is achttien.
- Zes maal drie is achttien.
- Zes maal drie is gelijk aan achttien.
Jij hebt drie auto's.
Ik heb drie keer overgegeven.
Het is kwart voor drie.
We hebben nog drie dagen over.
Hij heeft drie zonen.
Ik heb drie katten.
Het is bijna drie uur.
- Geef ons drie minuten.
- Geeft u ons drie minuten.
Ik hoorde drie explosies.
We hoorden drie schoten.
Tom heeft drie katten.
Je hebt drie katten.
- Ik ving drie vissen
- Ik heb drie vissen gevangen.
Ik heb drie ribben gebroken.
- Het duurt drie uur.
- Dat duurt drie uur.
Eén, twee, drie.
Drie jaar geleden
Drie weken gingen voorbij.
Het is drie uur.
Drie koffie, graag.
- Op drie!
- Bij drie!
Drie ijsjes, alstublieft.
Tom is drie jaar oud.
Drie speleologen zijn verdwenen.
Drie ijsjes, alstublieft.
Ik heb drie camera's.
We hebben drie uur.
We hebben drie vliegtuigen.
We hebben drie weken.
- U heeft drie problemen.
- Jullie hebben drie problemen.
- Je hebt drie problemen.
- Je hebt drie woordenboeken.
- U heeft drie woordenboeken.
- Jullie hebben drie woordenboeken.
Tom heeft drie honden.
Ik heb er al drie gekocht.
- Ik heb drie vissen gevangen gisteren.
- Ik heb gisteren drie vissen gevangen.
Je hebt drie koppen koffie gedronken.
De oorlog begon drie jaar later.
Ik heb drie kippen in mijn huis.
Ik heb drie neven.
Ik leer al drie jaar Frans.
Dit gebeurde drie jaar geleden.
Je bent drie uur te laat.
- Vijf plus drie is gelijk aan acht.
- Vijf plus drie is acht.
Een driehoek heeft ook drie zijden.
Dat is drie dagen geleden gebeurd.
Drie plus vijf is acht.
een, drie, vijf, zeven --
Ik voeg drie bestanden toe.
We hebben drie oorlogen gezien.
Ober, drie koffies, alstublieft.
Ze schreef drie woorden.
Ik heb drie honden.
Kies willekeurig drie boeken.
Jij hebt drie auto's.
We hebben drie minuten.
We hebben drie honden.
Tom heeft drie huizen gebouwd.
Ik ben drie kilo aangekomen.
Hij heeft drie dochters.
Hij heeft drie zonen.
Zij heeft drie broers.
Wortels kosten drie dollar.
Hij heeft drie broers.
- Ik bezit 3 fototoestellen.
- Ik heb drie fototoestellen.
Dat is dan samen drie euro.