Examples of using "Smith" in a sentence and their dutch translations:
Mijnheer Smith is gekomen.
Dr. Smith heeft veel patiënten.
Mijnheer Smith leert mij Engels.
Ja, mijn naam is Karen Smith.
Is juffrouw Smith lerares Engels?
Mevrouw Smith geeft Engels op deze school.
Boone Smith verplaatst zich graag in luipaarden.
Meneer Long en meneer Smith praatten met elkaar.
Je moet in contact blijven met meneer Smith.