Examples of using "Presentes" in a sentence and their dutch translations:
- Tom heeft veel cadeaus ontvangen.
- Tom heeft veel geschenken ontvangen.
- Tom heeft veel cadeaus gekregen.
- Iedereen was aanwezig.
- Allen waren aanwezig.
- Dat zijn cadeaus.
- Dat zijn geschenken.
Ik heb enkele geschenken.
- Ik accepteer geschenken.
- Ik neem geschenken aan.
Koop me geen cadeautjes meer.
Koop me geen cadeautjes meer.
Veertig mensen waren aanwezig.
Vrouwen houden van geschenken.
- We waren allemaal aanwezig bij de bijeenkomst.
- We waren allemaal aanwezig bij de vergadering.
De aanwezigen zijn allemaal Japanners.
Deze geschenken zijn voor jou.
Koop me geen cadeautjes meer.
Ik heb vandaag wat kerstcadeautjes gekocht.
Hoeveel mensen waren er in de vergadering aanwezig?
- Er waren dertig mensen aanwezig bij de bijeenkomst.
- Er waren dertig mensen aanwezig bij de vergadering.
Niet alle studenten waren aanwezig.
Ik moet kerstcadeaus kopen.
Veel studenten zijn bij de vergadering aanwezig.
Alle kabinetsleden waren aanwezig.
- Heb je al kerstcadeautjes gekocht?
- Heeft u al kerstcadeautjes gekocht?
Noch hij noch zijn vrouw waren er.
De kinderen wisselden cadeautjes uit op het kerstfeest.
Ik moet kerstcadeaus kopen.
Tom neemt altijd als hij op bezoek komt cadeaus voor ons mee.
Meer dan 100 mensen waren op het feest.
Er liggen veel cadeautjes onder de kerstboom.
De dokter wilde geen giften aannemen van de armen.
- Hoeveel mensen waren aanwezig bij de bijeenkomst?
- Hoeveel mensen waren aanwezig bij de vergadering?
Tom heeft de kerstcadeautjes van de kinderen achter de sofa verstopt.
- Tom vond kerstcadeautjes verstopt onder het bed van zijn ouders.
- Tom vond kerstcadeaus verstopt onder het bed van zijn ouders.
Na zoveel aan Kerstcadeaus te hebben uitgegeven, bevond ze zich in een moeilijke situatie.