Examples of using "Ganhei" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb gewonnen!
Ik ben aangekomen.
Heb ik gewonnen?
Ik won de lotto.
Ik heb gewonnen!
Ik was bijna gewonnen.
Ik ben aangekomen.
Ik won de lotto.
Ik heb de eerste prijs gewonnen.
Ik heb er een voor Kerstmis.
Ja! Ik heb twee keer op een rij gewonnen!
Ik won de gouden medaille.
Ik kreeg een nachtzoen.
Ik heb een cadeau gehad van mijn opa voor mijn verjaardag.
Ik heb niet één kerstkaartje gekregen.
Dat is het mooiste cadeautje dat ik ooit gekregen heb.
Dat is het mooiste cadeautje dat ik ooit gekregen heb.
Ik versloeg hem in het schaken.
Ik heb de loterij gewonnen en we gaan naar de Bahama's.
Ik heb veel muggenbeten gekregen in het bos.
Ik ben een beetje aangekomen.