Translation of "Zdenerwowany" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Zdenerwowany" in a sentence and their dutch translations:

Jestem zdenerwowany.

- Ik ben nerveus.
- Ik ben zenuwachtig.

Jesteś zdenerwowany.

- U bent nerveus.
- Jij bent nerveus.

Jesteś zdenerwowany?

- Ben je zenuwachtig?
- Ben je nerveus?
- Bent u zenuwachtig?
- Zijn jullie zenuwachtig?
- Bent u nerveus?
- Zijn jullie nerveus?

Nie jesteś zdenerwowany?

- Ben je niet zenuwachtig?
- Ben je niet nerveus?
- Bent u niet nerveus?
- Bent u niet zenuwachtig?
- Zijn jullie niet nerveus?
- Zijn jullie niet zenuwachtig?

Jestem teraz zdenerwowany.

- Ik ben nu nerveus.
- Ik ben nu zenuwachtig.

Jestem trochę zdenerwowany.

Ik ben een beetje boos.

Byłem zdenerwowany cały czas.

- Ik was de hele tijd nerveus.
- Ik was de hele tijd zenuwachtig.

Lampart zranił go, bo był zirytowany i zdenerwowany.

Hij zei dat hij gewond raakte omdat het luipaard geïrriteerd was.

- Tom też jest nerwowy.
- Tom też jest zdenerwowany.

- Tom is ook nerveus.
- Tom is ook zenuwachtig.